De Tweede Kamer stemde eerder vóór strengere regelgeving voor fatbikes, met steun van de coalitiepartijen. Toch blijft Madlener bij zijn standpunt: specifieke wetgeving is onrealistisch. Een onderzoek dat hij liet uitvoeren bevestigt volgens hem dat maatregelen praktisch niet handhaafbaar zijn.

"Elk kenmerk dat gekozen wordt om onderscheid te maken, is eenvoudig te omzeilen", schrijft Madlener aan de Kamer. "Fabrikanten of consumenten kunnen eenvoudig aanpassingen doen, zoals dunnere banden monteren, zadels splitsen of het frame aanpassen." Ook stelt hij dat er geen duidelijke bewijzen zijn dat fatbikes per definitie gevaarlijker zijn dan andere elektrische fietsen. "De juridische onderbouwing ontbreekt."

Daarmee haalt de minister een streep door de eerder gesuggereerde regels, waaronder de eis dat fatbikerijders minimaal 14 jaar moeten zijn en een helm moeten dragen. Ook een bredere aanpak voor alle elektrische fietsen ziet hij voorlopig niet zitten.

Toename van boetes en inbeslagnames
De beslissing van Madlener wordt slecht ontvangen, zelfs bij coalitiepartijen NSC en VVD. Ondertussen blijven de problemen rondom fatbikes zich opstapelen. De politie meldt een sterke stijging in het aantal boetes en inbeslagnames van opgevoerde fatbikes. In 2023 werden nog 643 boetes uitgedeeld voor het rijden met een ongekeurd voertuig, in 2024 liep dat aantal op tot maar liefst 4845.

Daarnaast nam het Openbaar Ministerie in 2024 in één zaak 10.500 fatbikes in beslag. Deze voertuigen voldeden niet aan de wettelijke eisen en zouden een veiligheidsrisico vormen. Volgens de politie is bij het merendeel van de geconstateerde overtredingen een fatbike betrokken.

Ook uit de medische wereld komt kritiek. Traumachirurgen trekken al langer aan de bel over de risico’s van fatbikes. Zij zien steeds meer jongeren met zware verwondingen, zoals verbrijzelde gezichten en hersenletsel.

Voorlopig blijft Madlener vasthouden aan zijn koers. Hij wijst erop dat bestaande maatregelen, zoals handhaving en markttoezicht, wel worden aangescherpt. Maar voor een helmplicht of een leeftijdsgrens ziet hij geen juridische ruimte.

De druk vanuit de coalitie om wél in te grijpen neemt echter toe. Volgende week moet de minister zich in de Kamer verantwoorden voor zijn besluit. De vraag is of hij standhoudt, of toch overstag gaat onder politieke en maatschappelijke druk.