Psychologen: hoofddoek kan schadelijk zijn voor mentale ontwikkeling jonge meisjes

De discussie over hoofddoeken in het onderwijs laait opnieuw op in Oostenrijk. De Beroepsvereniging van Oostenrijkse Psychologen (BÖP) waarschuwt dat het dragen van een hoofddoek door minderjarige meisjes kan leiden tot psychische schade, sociale uitsluiting en een verstoord zelfbeeld. Volgens de deskundigen kunnen jonge meisjes “in een rol worden gedrukt die ze niet zelf hebben gekozen”.
In een recente verklaring noemt de psychologenvereniging het dragen van de hoofddoek door jonge meisjes een bedreiging voor hun zelfbeschikking en psychische ontwikkeling. De organisatie schrijft dat het kledingstuk “autonomie kan onderdrukken” en meisjes “te vroeg kan seksualiseren”.
De symbolische betekenis van de hoofddoek — als teken van ‘eer’ en ‘zedigheid’ — zou jonge meisjes verantwoordelijk maken voor de manier waarop ze zich kleden. Volgens de BÖP legt dat een onnatuurlijke druk op kinderen die nog niet in staat zijn om geloof of identiteit zelfstandig te begrijpen.
Die maatschappelijke verwachtingen kunnen leiden tot gevoelens van schaamte, een vertekend lichaamsbeeld en laag zelfvertrouwen. De vereniging waarschuwt dat dit op de lange termijn psychische gevolgen kan hebben, zoals angststoornissen of problemen met zelfwaardering.
Kans op pesterijen en isolement
Naast de psychologische risico’s wijzen de psychologen op sociale problemen. Meisjes met een hoofddoek zouden vaker worden blootgesteld aan mobbing, uitsluiting of loyaliteitsconflicten tussen hun familie en de schoolomgeving. Die spanningen kunnen hun schoolprestaties en zelfvertrouwen schaden.
Volgens de BÖP ligt de oorzaak niet uitsluitend in de hoofddoek zelf, maar in de maatschappelijke druk en symboliekdie eraan wordt gekoppeld. “Het gaat om de betekenis die de omgeving eraan geeft — niet alleen om het kledingstuk,” aldus de verklaring.
Pleidooi voor begeleiding en maatwerk
De psychologen pleiten voor begeleidende maatregelen bij een eventueel leeftijdsgebonden verbod op hoofddoeken. Ze stellen voor om leraren te trainen in het voeren van respectvolle gesprekken met gezinnen, schoolpsychologische ondersteuning uit te breiden en onderzoek te doen naar de effecten op welzijn, integratie en kansenongelijkheid.
Volgens de vereniging moet een verbod altijd gepaard gaan met begeleiding, “zodat kinderen en gezinnen niet gestigmatiseerd raken, maar juist worden ondersteund.”
Minister: “Een kind is geen object dat verborgen moet worden”
De Oostenrijkse minister voor Integratie, Claudia Plakolm, steunt het standpunt van de psychologen. Zij benadrukt dat kinderen vrij moeten kunnen opgroeien, zonder sociale of religieuze druk.
“Een achtjarig meisje is simpelweg een kind — geen seksueel object dat verborgen moet worden,” zei Plakolm eerder. “Een kind moet kunnen spelen, klimmen, zwemmen, dromen en lachen — niet gesluierd zijn, niet gecontroleerd, niet beoordeeld worden. Het dragen van een hoofddoek op zo’n jonge leeftijd kan de psychologische ontwikkeling schaden en meisjes vroeg in rollen dwingen die hen de vrijheid ontnemen om zelf te bepalen wie ze willen zijn.”
Oud debat, nieuwe urgentie
Oostenrijk kent al sinds enkele jaren een hoofddoekverbod voor meisjes onder de 14 jaar, maar dat verbod werd in 2020 tijdelijk ongrondwettelijk verklaard. De recente oproep van psychologen kan het debat nieuw leven inblazen, zeker nu ook andere Europese landen worstelen met de balans tussen vrijheid van religie en kinderrechten.
De BÖP benadrukt dat het niet om religieuze vervolging gaat, maar om bescherming van minderjarigen. Volgens de vereniging is het doel helder: jonge meisjes moeten eerst kind kunnen zijn — voordat ze keuzes maken die hun identiteit blijvend beïnvloeden.





















































