Windturbines draaien massaal op illegaal hout uit de Amazone

De wereldtop over klimaat, COP30, draait om het beschermen van de Amazone. Maar terwijl leiders in het Braziliaanse Belém vergaderen over het redden van het regenwoud, blijkt een deel van diezelfde natuur juist te worden opgeofferd aan de ‘groene’ energietransitie. Minstens de helft van al het balsahout dat wordt gebruikt in windturbinebladen komt uit illegale kap in de Amazone. Dat blijkt uit onderzoek van de Environmental Investigation Agency (EIA).
Balsahout is een uniek natuurproduct: sterk, ultralicht en ideaal als kernmateriaal voor de enorme rotorbladen van windmolens. Wereldwijd komt meer dan 90 procent van de productie uit Ecuador, waar het hout in vochtige tropische omstandigheden snel groeit.
Oorspronkelijk kwam het hout vooral van plantages, maar door de enorme vraag uit de windindustrie raakten die uitgeput. Sinds 2019 is er sprake van een ware ‘balsa-boom’. Om het tekort op te vangen, trekken illegale houthakkers steeds dieper het regenwoud in — zelfs tot in beschermde gebieden zoals het Yasuni Biosphere Reserve, waar nog onontdekte inheemse stammen leven.
De EIA stelt vast dat “veel producenten plantagehout mengen met illegaal gekapt balsahout uit de Amazone”, waarbij het aandeel illegale herkomst schommelt tussen 10 en 70 procent, afhankelijk van de exporteur.
Regenwoud kaalgeplukt voor groene stroom
De ironie is schrijnend. Windenergie geldt als een van de pijlers van het klimaatbeleid. Maar volgens de onderzoekers wordt het Amazonewoud, juist de ‘longen van de aarde’, in rap tempo kaalgeslagen om turbines te kunnen bouwen.
De milieuschade is groot. In de natuur vullen balsabomen van nature open plekken in het bos op. Door ze massaal te kappen, ontstaan kale zones waar erosie toeslaat en zeldzame diersoorten verdwijnen. De EIA waarschuwt dat complete ecosystemen uit balans raken.
De organisatie beschrijft hoe hout wordt weggehaald “uit de laatste intacte bosgebieden van Ecuador”. Lokale handelaren zouden hebben toegegeven dat de kap “van noord tot zuid plaatsvindt, in vrijwel alle Amazoneprovincies”.
Stilte in de media
De EIA is geen kleine speler. De Britse organisatie, opgericht in 1984, heeft kantoren in de VS en Europa en staat bekend om gedegen milieuspeurwerk. Toch kreeg haar rapport nauwelijks aandacht in grote media.
Zelfs natuurbeschermingsorganisaties verdedigen dat standpunt. De Bat Conservation Trust stelt dat “klimaatverandering een grote bedreiging vormt voor vleermuizen” en dat “hernieuwbare energie nodig is om klimaatverandering tegen te gaan, in het belang van de natuur en de mens”.
200 miljoen dollar per jaar
De vraag naar balsahout is inmiddels uitgegroeid tot een markt van ruim 200 miljoen dollar per jaar. Dat maakt het hout tot een lucratieve handelswaar — en illegale kap tot een aantrekkelijk verdienmodel.
Balsahout blijft populair bij windturbinebouwers omdat het sterker en stijver is dan kunststof schuim. Daardoor kunnen bladen dunner en lichter worden, zonder stevigheid te verliezen. Volgens de EIA houdt juist die technische superioriteit de druk op het regenwoud in stand.
























































