Duitse rechtbank handhaaft verbod op ‘River to the sea’-leus
De rechtbank in Düsseldorf handhaaft het verbod op de leus “From the river to the sea, Palestine will be free”. Dit verbod werd eerder opgelegd door de Duitse politie in de steden Duisburg en Düsseldorf vanwege de associatie met Hamas, een door de EU als terroristisch aangemerkte organisatie, en Samidoun, een pro-Palestijnse organisatie die als aanverwante groep van Hamas wordt gezien. Het vonnis komt na bezwaren van anti-Israël activisten, die het verbod op de slogan juridisch aanvochten.
Volgens de uitspraak van de rechtbank is de leus door Hamas en Samidoun overgenomen als onderdeel van hun propaganda en wordt deze regelmatig gebruikt tijdens demonstraties. Hierdoor wordt het gebruik van de slogan nu “fundamenteel verboden”, zo stelt de rechtbank. Het Duitse ministerie van Binnenlandse Zaken verbood eerder al alle activiteiten van Hamas en Samidoun, evenals de aanverwante organisatie HIRAK, die inmiddels is ontbonden.
In hun rechtszaak stelden de activisten dat ook andere slogans door de politie verboden waren, zoals “Israëlische misdaden tegen de Gazastrook,” “Stop de genocide,” “Yallah intifada” en “Israël kindermoordenaar.” De rechtbank oordeelde echter dat deze slogans legaal zijn en dat de politie geen grond had om deze uitspraken te verbieden.
De beslissing van de rechtbank betekent dat het verbod op de “From the river to the sea”-leus gehandhaafd blijft in demonstraties. Anti-Israël activisten die de zaak aanhangig maakten, kunnen echter in beroep gaan bij het Hogere Administratieve Hof van Noordrijn-Westfalen in Münster. De zaak, geregistreerd onder de nummers 18K3322/24 en 18K8760/23, blijft daarmee mogelijk nog onderwerp van juridische discussie.
Het besluit van het Duitse ministerie van Binnenlandse Zaken in 2023 om Hamas en Samidoun te verbieden, werd ingegeven door zorgen over de veiligheid en stabiliteit in het land. Duitsland heeft een strikt beleid ten aanzien van terreurorganisaties en hun invloed op de publieke orde.