GroenLinks-PvdA eist opheldering over uitlezen telefoons door politie na EU-uitspraak
GroenLinks-PvdA heeft minister Van Weel van Justitie en Veiligheid en minister Uitermark van Binnenlandse Zaken om uitleg gevraagd over de procedures rond het uitlezen van telefoons door de politie. Dit naar aanleiding van een recente uitspraak van het Europese Hof van Justitie, die stelt dat de politie data op mobiele telefoons mag doorzoeken, zelfs bij lichte misdrijven.
De Kamerleden Kathmann en Mutluer willen vooral weten of de politie biometrische gegevens zoals vingerafdrukken of gezichtsscans inzet als verdachten weigeren hun telefoon zelf te ontgrendelen. Zij stellen dat de bevoegdheid om telefoons te doorzoeken alleen bij zware misdrijven mag worden ingezet en met toestemming van een rechter.
Kathmann en Mutluer hebben een reeks vragen gesteld aan de ministers. Zo willen ze weten hoe de belangen van privacy, opsporing en cyberveiligheid worden afgewogen wanneer wordt besloten om een telefoon uit te lezen. Ook vragen ze of het protocol verschilt bij privételefoons en tweede telefoons die voor criminele activiteiten worden gebruikt.
De Kamerleden hebben de ministers gevraagd om te reageren op de uitspraak van het Europese Hof en om de zienswijze van de Autoriteit Persoonsgegevens aan de Kamer te sturen. Ze willen weten of de ministers, net als GroenLinks-PvdA, vinden dat de politie terughoudend moet zijn met het uitlezen van telefoons. Tot slot willen de Kamerleden weten hoe vaak de politie gebruikmaakt van biometrische gegevens om telefoons van verdachten alsnog te ontgrendelen bij weigering.