Joodse man geterroriseerd na Dam-herdenking: ‘We zijn terug in de jaren dertig’
De politie is met spoed een onderzoek gestart naar de vernielingen in het huis van de Joodse Michael Asuss in Amsterdam-Buitenveldert. Onbekenden hebben woensdagavond zijn huis volledig overhoop gehaald. Asuss vermoedt dat anti-Israël-demonstranten hem na de herdenking op de Dam op 7 oktober hebben gevolgd. Burgemeester Halsema heeft de inbraak "afschuwelijk" genoemd en bracht bloemen om haar medeleven te tonen. Hij doet zijn verhaal tegenover De Telegraaf.
Het huis van Asuss is volledig vernield. Hebreeuwse boeken liggen op de grond, fotolijsten en kandelaars zijn gebroken, en een schilderij van zijn grootouders, die in een Pools concentratiekamp hebben gezeten, is in tweeën gescheurd. Ook zijn antieke Hebreeuwse bijbel is verscheurd, en er is met een mes gestoken in meubels en een Israëlische vlag. "Dit is allemaal van mijn grootouders geweest, van generatie op generatie," vertelt een aangeslagen Asuss.
Asuss was maandag op de Dam voor de herdenking van de slachtoffers van het bloedbad van 7 oktober 2023 in Israël. Hij werd daar geïnterviewd voor de televisie. Hij vermoedt nu dat demonstranten hem hebben gevolgd naar huis. "Geen idee wie het was, maar ik ben bang dat ze me gevolgd hebben."
Burgemeester Halsema bezocht Asuss samen met de politiechef om haar medeleven te tonen. Terwijl de recherche dna-sporen opnam, vertelde Asuss huilend zijn verhaal opnieuw. Hij vierde woensdagavond zijn verjaardag buiten de deur en trof bij thuiskomst de deur op een kier. "Ik wist meteen dat het een inbraak was. De ellende die ik toen zag, was niet te beschrijven." Asuss, geboren in Israël en voormalig militair bij een speciale eenheid van de IDF, overweegt nu zijn huis te verlaten. "Mijn kinderen durven hier niet meer te komen. Mijn dochter zei dat we terug zijn in de jaren dertig. Ze zijn bang in deze buurt. Zodra ik mijn keppeltje opzet, voel ik vijandigheid. Vanochtend nog riep iemand ‘Free Palestine’ naar me, enkel vanwege mijn kippa."