Huurwet Hugo de Jonge duwt hardwerkende gezinnen de straat op
Binnen enkele weken moeten Timo (31) en Anina (35), samen met hun twee jonge kinderen Noah (5) en Cleo (3), verhuizen naar het zolderkamertje van Timo’s moeder. Vanwege de nieuwe huurwet besloot hun huurbaas de woning van 144 vierkante meter in de verkoop te zetten. “Anders blijven alleen de daklozenopvang of het zoldertje over,” zegt Timo in gesprek met De Telegraaf.
Het gezin woont sinds twee jaar in Monnickendam, waar Timo is opgegroeid en waar ook zijn ouders en oma nog wonen. Ze huren een moderne woning met drie verdiepingen, een achtertuin en grote ramen voor 1450 euro per maand. “Dit is een prachthuis,” zegt Anina, maar op 31 augustus kregen ze te horen dat ze er op 1 november uit moeten.
De nieuwe huurwet heeft ervoor gezorgd dat de verhuurder de woning verkoopt. Dit laat het gezin met slapeloze nachten achter. “Noah is net gewend aan school, en nu moeten we hem alweer verplaatsen,” voegt Anina toe. Timo en Anina zijn niet de enigen die geraakt worden door de nieuwe wet. Veel huurders in vergelijkbare situaties zien hun woning uit de verhuur verdwijnen. Vooral particuliere verhuurders, die zich niet aan corporatieregels hoeven te houden, trekken zich terug uit de markt. Dit maakt het voor gezinnen zoals dat van Timo en Anina nog moeilijker om een betaalbare woning te vinden.
De nieuwe huurwet, die sinds juli van kracht is, zou huurders meer bescherming moeten bieden. In de praktijk pakt het echter vaak anders uit. Verhuurders vinden het minder aantrekkelijk om woningen aan te bieden, en besluiten deze massaal te verkopen. Dit zorgt voor een verdere krimp in het aanbod van huurwoningen in het middensegment, terwijl de vraag hoog blijft.