Nieuwe nederlaag voor Faber: verliest asielrechtszaak
Asielminister Marjolein Faber heeft een nieuwe nederlaag geleden nadat de rechtbank Midden-Nederland heeft bepaald dat het kabinet de zogeheten Landelijke Vreemdelingenvoorzieningen (LVV) niet kan stopzetten in Utrecht vanaf 1 januari 2025, meldt De Telegraaf.
Wat is de impact van de rechterlijke uitspraak?
De LVV biedt asielzoekers, wanneer zij zijn uitgeprocedeerd, tijdelijk opvang, eten en begeleiding. Faber had aangekondigd dat gemeenten geen geld meer zouden ontvangen voor de LVV vanuit het ministerie. Hierdoor zouden gemeenten de keuze hebben om de LVV zelf te financieren of om het recht op LVV voor uitgeprocedeerde asielzoekers te beëindigen.
Faber stelt dat uitgeprocedeerde asielzoekers niet langer in LVV’s moeten worden opgevangen met geld van het ministerie, maar in de zogeheten vrijheidsbeperkende locatie (VBL) in Ter Apel.
Honderd uitgeprocedeerde asielzoekers maakten bezwaar tegen het besluit van Faber en het kabinet om de financiering van de LVV stop te zetten. De rechtbank oordeelde dat het risico dat asielzoekers op straat belanden zwaarder weegt dan het financiële belang van het ministerie en daarmee de belastingbetaler.
Daarnaast stelde de rechtbank dat er geen zekerheid is of er voldoende plekken zijn in de VBL voor uitgeprocedeerde asielzoekers. Ook is niet bewezen dat de kosten uiteindelijk lager zullen zijn. Volgens de rechtbank heeft de minister onvoldoende onderbouwd dat deze kosten lager zijn dan die van de LVV.
Deze uitspraak vormt een tegenslag voor Faber, vooral omdat ook in Rotterdam eerder was geoordeeld dat de LVV moest worden voortgezet. In andere steden lopen nog soortgelijke juridische procedures. Het blijft onduidelijk of rechters in die zaken vergelijkbare oordelen zullen vellen als in Utrecht en Rotterdam.