Ging Von der Leyen deze keer te ver?

Europees Commissievoorzitter Ursula von der Leyen lijkt de grenzen steeds verder af te tasten. Verleden week kwam haar Europese Commissie met een officieel voorstel voor de nieuwe Europese langetermijnbegroting, die EU-uitgaven voorziet voor de periode van 2028 tot 2034. Werkelijk niemand lijkt tevreden, wat vragen moet oproepen over de legitimiteit van de Commissievoorzitter.
Dat geen enkele EU-lidstaat het voorstel zo maar wil aanvaarden, kan men nog normaal noemen, maar zeker het idee dat de Europese uitgaven zo maar zouden mogen stijgen, van 1.200 miljard euro tot bijna 2.000 miljard, roept tegenstand op bij de netto-betalers, ook al omdat von der Leyen de huidige bijdragekortingen die landen als Nederland of Duitsland genieten wil schrappen. Naar verluidt beschouwt de Commissie haar voorstel niet als een stijging, omdat ze de feitelijke tweede begroting – het Coronaherstelfonds van 800 miljard euro – er eenvoudigweg bijtelt. Nochtans wilde Nederland in 2020 enkel instemmen met dit fraudegevoelige schimmige fonds op voorwaarde dat het een eenmalige operatie zou zijn.