Bij NS werken momenteel 680 medewerkers in de V&S-afdeling. Het gaat om Buitengewoon Opsporingsambtenaren (boa’s) die bevoegd zijn om verdachten aan te houden, boetes uit te schrijven en processen-verbaal op te maken. Ook mogen zij identiteitscontroles uitvoeren. Maar daarvoor zijn zij nu nog afhankelijk van assistentie van de politie, omdat zij geen toegang hebben tot de officiële identificatiesystemen.

Daar wil NS verandering in brengen. In de aanvraag aan het ministerie van Justitie en Veiligheid staat dat de boa’s toegang zouden moeten krijgen tot het rijbewijzenregister en andere (politie)systemen. Volgens NS is dat nodig zodat de medewerkers "zelfstandig, zonder politieassistentie, de identiteit van een reiziger kunnen vaststellen."

Tweede stap: toegang tot meer databanken
Eerder gaf demissionair minister Van Weel aan dat zijn ministerie onderzoekt of boa’s ook toegang moeten krijgen tot andere databanken, zoals de strafrechtketendatabank en de Basisvoorziening Vreemdelingen. Deze worden onder meer gebruikt bij het vaststellen van de identiteit van mensen zonder geldig ID-bewijs.

Op dit moment mogen boa’s die niet voor de politie werken, deze systemen niet raadplegen. NS wil dat daar verandering in komt, zeker nu geweld op stations en in treinen toeneemt.

Tegelijk met de wens voor meer digitale bevoegdheden, wil NS dat 75 boa’s tijdelijk uitgerust worden met een korte wapenstok. Ook die aanvraag ligt momenteel bij het ministerie van Justitie en Veiligheid. De proef moet uitwijzen of het dragen van een wapenstok bijdraagt aan de veiligheid op het spoor. De behoefte aan extra maatregelen komt niet uit de lucht vallen. In eerdere verklaringen gaf NS aan dat medewerkers steeds vaker te maken krijgen met agressie, bedreigingen en fysiek geweld.