De minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs, Dennis Wiersma (VVD), erkende eerder dit jaar al dat hij vorig jaar flink over de scheef is gegaan bij zijn eigen ambtenaren. Sommigen besloten hierdoor te vertrekken. Wiersma beseft dat hij "te veeleisend, te scherp en soms te fel" is geweest, vertelt zijn woordvoerder bij De Telegraaf. Hierover is hij vorig jaar al in gesprek gegaan met de organisatie.
Anonieme bronnen vertellen bij De Telegraaf hoe Wiersma zich sinds zijn aanstelling in januari 2022 heeft gedragen: schreeuwen, met deuren slaan, mensen in tranen. Vooral tegen jonge, beginnende ambtenaren ging hij flink tekeer, bevestigen de bronnen. Dit gebeurde vooral als hij ergens ontevreden over was. Als gevolg hiervan zouden zelfs ambtenaren zijn vertrokken.
Maar inmiddels is hierin al verandering gekomen. Een kantelpunt bleken de onthullingen rondom DWDD-presentator Matthijs van Nieuwkerk te zijn. De staatssecretaris van Media, Gunay Uslu (D66) werkt ook op Wiersma's ministerie. "Dan is het wel bijzonder om dat gedrag te veroordelen, terwijl het bij ons óók gebeur," vertelt een ambtenaar bij De Telegraaf. "Van die tegenstrijdigheid is melding gedaan."
Daarom besloot Wiersma het gesprek aan. Hij zag zijn fouten in en besloot zijn gedrag te beteren. "Deze gesprekken blijven we voeren. Inmiddels zijn we beter op elkaar ingespeeld," besluit zijn woordvoerder bij De Telegraaf.
Exit Wiersma
'Met pijn in m'n hart, stop ik als Minister voor Onderwijs. Ik wil alle lieve mensen die ik ontmoet heb de afgelopen tijd heel erg bedanken', kondigt de minister aan op sociale media.
In de brief erkent Wiersma dat hij als minister soms zeer intens kon overkomen richting zijn staf en ambtenaren: 'Ik ben soms te scherp geweest aan tafel. Ik heb me niet neergelegd als iemand zei dat iets niet kon. Ook als ze dat herhaaldelijk zeiden. Dan bleef ik duwen, soms ook op een te felle manier.'
Premier Mark Rutte noemt het vertrek 'spijtig': 'Ik vind het enorm spijtig dat Dennis Wiersma met al zijn energie en goede plannen heeft besloten terug te treden als minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs. Dat besluit kan ik alleen maar respecteren. We verliezen als kabinet iemand die zich met hart en ziel voor het onderwijs inzette. Daar ben ik hem dankbaar voor.'