Gündogan is begin 2022 uit Volt gezet. Ze werd beschuldigd van grensoverschrijdend gedrag. De partij kondigde een extern onderzoek aan en beschuldigde Gündogan ervan dat ze weigerde mee te werken. Volt deed eerst geen verdere uitspraken over de details van de aantijgingen maar zei een aantal dagen later dat het ging om dertien meldingen uit alle lagen van de partij. De aantijgingen zouden variëren van "handtastelijkheden en ongewenste seksuele avances tot intimidatie en misbruik van positie." Gündogan ontkent alle beschuldigingen.
Ze vocht vorig jaar het besluit van haar partij rechterlijk aan en kreeg van de rechtbank gelijk. Deze draaide haar schorsing terug. De rechter zei onder andere dat er geen sprake was geweest van een degelijk hoor en wederhoor. Volt-leider Laurens Dassen erkende dat ze het niet goed hadden aangepakt. Kort daarna zette Volt Gündogan alsnog uit de partij. Later stelde het gerechtshof in hoger beroep dat de partij hiertoe het recht heeft.
In haar verklaring, die ze op X deelde, herhaalt Gündogan dat de beschuldigingen tegen haar onterecht waren en zegt ze dat ze door zal gaan om haar naam te zuiveren. 'Het staatsrechtelijke oordeel van het hof dit jaar doet niets af aan de 'smaad en laster' die zijn geuit om mij te doen bewegen mijn Kamerzetel op te geven. Ik zal het juridisch bewijs hiervoor leveren en daarmee doorgaan tot mijn naam is gezuiverd.'