Antifa valt woning EU-bankier aan wegens band met Orbán
In Frankfurt is opnieuw een linkse aanval gepleegd, dit keer op het huis van Nicola Beer, vicevoorzitter van de Europese Investeringsbank, en haar man Jürgen Illing, ereconsul van Hongarije. De daders, gelieerd aan Antifa, kozen hun doelwit omdat het stel volgens hen ‘te dicht bij Viktor Orbán’ zou staan. De aanval vond plaats in de nacht van 9 november in de wijk Preungesheim, meldt Frankfurter Allgemeine.
De daders spoten de voorgevel van het huis paars en richtten zich daarna op de BMW SUV van Illing. Ze sneden de banden lek, sloegen de voorruit kapot en spoten een brandblusser door het interieur. Volgens de Duitse krant Frankfurter Allgemeine staat in een claimbrief: ‘In een brief van bekentenis beschuldigen zelfverklaarde antifascisten de Vice President van de European Investment Bank ervan te dicht bij de Hongaarse premier Viktor Orbán te staan.’
Beer, FDP-politica, bekleedt haar EIB-functie sinds 1 januari 2024. De familie lag te slapen toen de schade werd aangericht. Illing, 67 jaar oud en bekend als advocaat tegen antisemitisme, zag zijn auto zwaar beschadigd terug.
Link tussen aanval en arrestatie in Hongarije
De aanslag is volgens de claimbrief verbonden aan de arrestatie van de 23-jarige Maja T., die in Hongarije vastzit. Zij wordt in verband gebracht met de zogeheten ‘Hammer Gang’. De Hongaarse autoriteiten zeggen dat zij betrokken was bij zware mishandelingen, waaronder aanvallen op personen die ten onrechte voor rechts-extremisten werden aangezien.
Op de website Indymedia plaatsten de daders een verklaring waarin ze eisen: ‘Solidariteit met Maja in Hongaarse gevangenis, vrijheid voor alle antifascisten.’ In dezelfde boodschap staat dat Illing het hoofddoelwit was. Volgens de tekst vormt hij ‘samen met zijn vrouw Nicola Beer, de voormalige FDP-generaal-secretaris en vice president van de European Investment Bank, die onheilige en bedrieglijke mengeling van kapitaal en fascisme die voor ons ondraaglijk is geworden.’ Ook noemen ze het echtpaar ‘Orbán-verdedigers’ en ‘deel van een rechtse elite’.
Beer en Illing wilden tegenover Bild geen commentaar geven om het onderzoek niet te verstoren. Politiewoordvoerder Klemens Hahn bevestigde tegenover Bild: ‘De politie onderzoekt in dit verband op verdenking van materiële schade.’
