Minister Gerhard Karner (ÖVP) benadrukte dat de plannen voor het uitzetten van buitenlandse criminelen doorgaan. In een verklaring stond: ‘Alle voorbereidingen voor de uitvoering van deze en verdere deportaties naar Syrië worden nog steeds getroffen.’ Hij noemde de schorsing ‘helemaal niets bijzonders’ en zei dat asielzaken altijd individueel worden beoordeeld.

Mensenrechten en kritiek
Het bevel van het EHRM kwam na vragen of Oostenrijk wel kan garanderen dat deportaties naar Syrië in lijn zijn met het mensenrechtenrecht. Rechters wilden ook uitleg over een eerdere uitzetting in juli, waarbij een Syriër via Istanbul werd overgedragen en daarna spoorloos verdween. Karner wees erop dat Oostenrijk niet verantwoordelijk is voor het volgen van uitgezette personen. Het belangrijkste doel is volgens hem om ‘misdrijven in Oostenrijk te voorkomen’ en niet om mensen ‘te monitoren’ in het buitenland.

Mensenrechtenorganisaties, waaronder Amnesty International Oostenrijk, verwelkomden de beslissing. Zij stellen dat Syrië geen veilig land is en waarschuwen voor ernstige risico’s voor gedeporteerden.

Politieke woede
De grootste rechtse oppositiepartij, de FPÖ, reageerde fel. Europarlementariër Petra Steger noemde het ‘een klap in het gezicht’ en sprak van ‘ideologisch gedreven, wereldvreemde rechtspraak’. Volgens haar is Syrië bezig met wederopbouw en zijn veel asielaanvragen achterhaald.

Partijleider Herbert Kickl beschuldigde de regering van ‘totaal falen’. Op Facebook schreef hij: ‘Minister van Binnenlandse Zaken Karner is volledig mislukt: hij wordt in de media bejubeld om uitzettingen, en hij krijgt er niet eens één voor elkaar. Dit wordt nu uitgebuit door het Europees Hof voor de Rechten van de Mens, dat deportaties naar Syrië opnieuw wil verbieden. Het is nu meer dan ooit nodig om criminelen uit Oostenrijk te krijgen!’

Breder juridisch kader
Dit is niet het enige recente ingrijpen van Europese rechters in migratiebeleid. Eerder deze maand oordeelde het Europees Hof van Justitie (EHJ) dat een land alleen als ‘veilig land van herkomst’ kan worden aangemerkt als er effectieve bescherming is voor alle bevolkingsgroepen. Ook moet deze status gebaseerd zijn op openbare, transparante informatie.

De uitspraak kan grote gevolgen hebben voor landen als Italië en Oostenrijk. De Italiaanse premier Giorgia Meloni noemde het besluit ‘verrassend’ en zei dat de rechterlijke macht ‘rechten opeist die haar niet toekomen’. Volgens haar ‘beperkt’ dit de mogelijkheden voor regeringen en parlementen om migratie te regelen, meldt Remix News.