Europese Commissie opent nieuw front tegen Hongarije om mediawet en investeringsregels

De Europese Commissie is opnieuw een juridische procedure gestart tegen Hongarije. Brussel beschuldigt het land van structurele overtredingen van Europese regels voor persvrijheid en mediapluriformiteit. De aanval richt zich op de uitvoering van de Europese Media Freedom Act (EMFA) en de richtlijn audiovisuele mediadiensten (AVMSD).
De procedure is officieel begonnen met een zogenoemde ingebrekestelling. Dat is de eerste stap in een inbreukprocedure. Volgens de Commissie heeft Hongarije nagelaten de nieuwe mediawetgeving correct en volledig om te zetten in nationale wetgeving. EU-lidstaten moesten de EMFA uiterlijk in augustus hebben ingevoerd. Na het verstrijken van die deadline stuurde de Commissie waarschuwingsbrieven naar meerdere hoofdsteden, waaronder Boedapest. Dat er nu een formele stap volgt, betekent dat Brussel de Hongaarse reactie onvoldoende vindt, stelt de European Conservative.
Volgens de Europese Commissie is de EMFA “een kernstuk wetgeving om mediavrijheid, onafhankelijkheid en pluralisme binnen de interne markt van de EU te beschermen”. In het geval van Hongarije zou de overheid zich structureel bemoeien met de werking van media.Brussel stelt dat de Hongaarse autoriteiten journalisten en mediabedrijven belemmeren “door hun economische activiteiten en redactionele vrijheid te beperken”. Daarbij gaat het volgens de Commissie onder meer om regels rond eigendomsstructuren, marktconcentratie en staatsadvertenties.
Ook door de EU gefinancierde ngo’s, zoals Reporters Without Borders en Human Rights Watch, hebben zich in het debat gemengd. Zij sluiten zich aan bij de kritiek van de Commissie en stellen dat de Hongaarse overheid de persvrijheid onder druk zet. Hongarije zelf ziet dat anders. De regering in Boedapest is al langer kritisch op buitenlandse en door het buitenland gefinancierde mediabedrijven. Volgens de Hongaarse autoriteiten is daar sprake van directe buitenlandse inmenging in binnenlandse aangelegenheden. Juist die houding zou nu de kern vormen van het conflict met Brussel.
Tegelijkertijd heeft de Europese Commissie een tweede inbreukprocedure tegen Hongarije geopend. Die draait om het gebruik van het Energy Charter Treaty (ECT). Dat verdrag wordt door sommige landen gebruikt om investeerdersclaims tussen staten mogelijk te maken.
Volgens Brussel is dat in strijd met een bindende uitspraak van het Europees Hof van Justitie uit 2021, het zogenoemde Komstroy-arrest. De Commissie stelt dat Hongarije hiermee “flagranterwijs” EU-recht schendt. In dat kader wijst Brussel op acties van het Hongaarse olie- en gasbedrijf MOL. Dat staatsbedrijf zou via arbitrage proberen schadevergoedingen af te dwingen van andere EU-lidstaten, buiten het Europese rechtskader om.
Een van die zaken lijkt te draaien om een claim van 222 miljoen euro tegen Kroatië. Die claim heeft betrekking op een geannuleerde investering die eerder in verband werd gebracht met corruptie. Daarnaast zou een door MOL gecontroleerd bedrijf recent opnieuw een juridische procedure zijn gestart tegen een andere EU-lidstaat. Hoewel de EU in juni formeel is teruggetreden uit het energieverdrag, bevat het ECT een zogenoemde ‘sunset clause’. Daardoor kunnen claims nog tot 2045 worden voortgezet.

















































