Momenteel wordt in de asielzoekerscentra één derde van de opvangbedden bezet gehouden door statushouders. Deze immigranten hebben dus al een goedgekeurd asielverblijf gekregen, maar kunnen het azc nog niet uit, omdat er vanwege de huidige woningnood geen woning voor hen beschikbaar is. Dit is een grote belasting voor de asielzoekerscentra, en verhindert de doorstroom van asielopvang.
Ook Twente kampt met dit probleem. Maar de provincie Overijssel wil het gaan oplossen, door de komende tijd strenger toe te zien op het huisvesten van statushouders, meldt Tubantia. Op die manier hoopt de provincie de asielzoekerscentra te ontlasten. Daarom moeten er voor het einde van het jaar maar liefst 556 statushouders een huis toegewezen krijgen in veertien Twentse gemeenten. Dit moet al met 90 procent gelukt zijn voor 1 november.
PVV Overijssel is niet te spreken over het besluit. 'Schaamteloos! Stop met dit vreselijke weggeef-beleid!' schrijft de afdeling op Twitter.
Eerder dit jaar besloot Minister Hugo de Jonge (Woningbouw) dat statushouders voorrang moesten krijgen op woningen. Volgens hem was dit nodig om de doorstroom van de asielopvang te bevorderen, en de azc's te ontlasten.
Op het besluit van De Jonge is echter wel de nodige kritiek gekomen, onder andere binnen de Tweede Kamer zelf. "We gunnen iedereen een goed huis, maar wie zijn er de dupe? De Nederlanders die al zeven jaar op een wachtlijst staan," stelde PVV-Kamerlid Machiel de Graaf afgelopen zomer.