Wie parttime werkt en rond de 1000 euro bruto per maand verdient, krijgt dit jaar netto 693 euro vakantiegeld gestort. Dat is 213 euro minder dan vorig jaar. Mensen met een nog lager salaris blijven gelijk, maar voor inkomens tussen de 1000 en 2000 euro zijn de verschillen zichtbaar: enkele euro’s minder vakantiegeld.

Volgens Dik van Leeuwerden, expert wet- en regelgeving bij ADP, bevestigen de cijfers het beeld van een dalende koopkracht voor de laagste inkomens. "Dit onverwachte effect van de belastingregels zagen we al eerder op de loonstrookjes. Nu werkt het ook door in het vakantiegeld," aldus Van Leeuwerden tegen de NOS. "En het treft juist mensen die vaak parttime werken uit noodzaak, bijvoorbeeld vanwege hun gezondheid."

Het vakantiegeld dat in mei of juni wordt uitbetaald, zou voor veel Nederlanders een welkome financiële opsteker moeten zijn. Voor de laagste inkomensgroepen blijkt het nu eerder een tegenvaller.  De cijfers onderstrepen de structurele verslechtering van de koopkracht voor mensen met een laag inkomen. Terwijl hogere inkomens hun positie grotendeels weten te behouden, blijft de druk op parttimers en minima toenemen.

De wijziging in de belastingregels, die bedoeld was om werken meer te laten lonen, lijkt in de praktijk vooral de kwetsbaarste groepen verder op achterstand te zetten.