Seksdelinquent krijgt vluchtelingenstatus na claim transgenderisme
Een Algerijnse vluchteling die veroordeeld is voor een zedendelinquent, mag in Frankrijk blijven nadat hij aangaf een transgender te zijn. De persoon in kwestie kreeg in 2019 een vierjarige gevangenisstraf opgelegd voor seksueel misbruik van een minderjarige. De zaak zorgt in Frankrijk voor controverse, nu het immigratiebeleid na de dood van Philippe onder vuur ligt.
Pijnlijke casus in een tijd van van spanning rondom migratie
De uitspraak van de Raad van State in Frankrijk om de vluchtelingenstatus van de Algerijnse vluchteling te verlengen werd naar eigen zeggen gemotiveerd door het feit dat de 31-jarige man momenteel 'in transitie is om een vrouw te worden', meldt Le Journal du Dimanche. De vluchteling claimt bang te zijn om vervolgd te worden in Algerije als hij terugkeert naar zijn land van herkomst, meldt zijn advocaat aan Le Figaro.
De vluchteling in kwestie is al 14 jaar in Frankrijk. In 2019 werd hij veroordeeld tot een gevangenisstraf van vier jaar voor het seksueel misbruiken van een minderjarige die jonger dan vijftien jaar oud was. In november 2020 dreigde zijn vluchtelingenstatus te worden ingetrokken op basis van zijn veroordeling. Het Franse Bureau voor de Bescherming vaan Vluchtelingen en Staatslozen maakte bezwaar tegen de vluchtelingenstatus omdat hij door zijn veroordeling van een ernstig misdrijf een bedreiging vormt voor de Franse samenleving.
In april 2023 ging de vluchteling in beroep bij het Nationale Asielsgerecht (CNDA). Het CNDA verklaarde het eerdere bezwaar nietig op basis van zijn 'goede gedrag'. Er werd hierin gedoeld op het feit dat hij 'vrijwillig' stappen heeft ondernomen om te integreren op de arbeidsmarkt en om hulp te zoeken, waardoor hij strafvermindering kon krijgen.
De kwestie van zijn seksuele geaardheid en 'transgenderidentiteit' stonden echter uiteindelijk centraal in de uiteindelijke beslissing om zijn vluchtelingenstatus te verlengen. De verklaringen van de vluchteling werden als bijzonder ‘spontaan en onderbouwd’ beschouwd, waardoor het mogelijk was ‘zijn seksuele geaardheid en transidentiteit vast te stellen’, aldus de CNDA. Daarmee laat de CNDA duidelijk zijn vooringenomenheid zien.