Het bedrijf werd in 2019 opgericht, in samenwerking met de restaurantketen Vegan Junkfood Bar. De lancering verliep stormachtig. Vooral Vegan Zeastar — plantaardige alternatieven voor sushi en seafood — kreeg internationale aandacht. Een filmpje over de eerste producten ging viral en zorgde ervoor dat de naam razendsnel bekend werd, ook buiten Nederland. In 2022 vertelde mede-oprichter Rosella D’angeli nog enthousiast: “De introductie van onze eerste visvervangers was meteen groot en heftig. We zijn drie jaar bezig, maar nu gaat het echt heel snel.”

Na een snelle expansie, onder meer richting de Verenigde Staten, leek de toekomst veelbelovend. Het assortiment werd uitgebreid met Beastie Plants (vleesvervangers) en Vegan Junkstar (sauzen).

Markt in een dip
Toch kreeg Vegan Finest Foods de afgelopen jaren steeds meer te maken met een tegenvallende markt. De belangstelling voor plantaardige alternatieven daalt, en vooral visvervangers blijken moeilijk te verkopen. De categorie is klein, er zijn weinig producenten, en eerdere koplopers vielen ook al om. Zo stopte de Franse producent Olala! en legde het Nederlandse Upstream Foods zijn activiteiten stil.

Volgens curator Nicky Jansen wordt nu gekeken of er een doorstart mogelijk is, of dat het bedrijf verkocht kan worden. “Een doorstart of verkoop is een realistische optie,” liet zij weten aan het AD.

Breder probleem in de sector
De ondergang van Vegan Finest Foods past in een bredere trend. Waar de markt voor vleesvervangers enkele jaren geleden explodeerde, stokt de groei nu. Consumenten kopen minder plantaardige alternatieven, mede door de hogere prijzen en een verzadiging van het aanbod. Vooral in de niche van plantaardige vis zijn de klappen groot.

Of Vegan Zeastar en de andere merken van Vegan Finest Foods in de schappen blijven liggen, hangt af van de komende weken. Voorlopig lijkt duidelijk dat de pionier van de Nederlandse vegan visindustrie zelf ten onder is gegaan aan de dip die de hele sector treft.