De Groot werd landelijk bekend toen hij als D66-Kamerlid in 2019 stelde dat de Nederlandse veestapel moest worden gehalveerd. Die uitspraak leidde tot felle woede bij boeren en talloze protesten. Zelf zegt hij daar nu geen spijt van te hebben.

“Op dat moment was het nodig om de olifant in de kamer te benoemen,” zegt De Groot tegen Omrop Fryslan. “Het landbouwsysteem was niet langer houdbaar. Dat vond iedereen, toch gebeurde er weinig.”

Volgens De Groot is de landbouwtransitie sindsdien nauwelijks opgeschoten. “Het etiket dat ik draag van die halvering van de veestapel helpt ook niet om het nog eens te proberen.”

De oud-Kamerlid geeft toe dat de jaren in de Tweede Kamer zwaar waren. Vooral tijdens de boerenprotesten op het Malieveld voelde hij zich onveilig. “Het gejoel en het vuur in de ogen van de demonstranten gaf me het gevoel alsof ik naar het stadion van sc Heerenveen ging in vol Cambuur-tenue.”

De Groot vertelt dat hij ook te maken kreeg met bedreigingen en haatmails. “Het stak me nog meer dat in de debatten zo op de man werd gespeeld. Want dat betekende dat mijn inbox de volgende dag weer volstroomde.” Door die spanning hield hij zich soms in: “Door die dreiging heb ik me wel eens voorzichtiger uitgedrukt dan ik had gewild, en ook wel eens wat meer op de achtergrond gewerkt.”