BIJ1 vergelijkt Amsterdams fatbike-verbod met Jodenvervolging

Het plan van de Amsterdamse verkeerswethouder Melanie van der Horst om fatbikes te verbieden in het Vondelpark leidt tot felle discussie. Vooral linkse partijen plaatsen vraagtekens bij het voorstel. BIJ1 ging daarbij het verst en trok een vergelijking met de Tweede Wereldoorlog. Andere partijen reageerden geschokt.
Omdat landelijke regels uitblijven, kondigde Van der Horst vorige maand aan zelf in te grijpen. Ze wil via de Algemene Plaatselijke Verordening een verbod instellen op drukke plekken. Het Vondelpark moet de eerste locatie worden waar fatbikes worden geweerd.
Twijfels bij GroenLinks
GroenLinks staat niet volledig afwijzend tegenover het plan, maar heeft wel bedenkingen. Dat bleek tijdens een vergadering van de stadsdeelcommissie Amsterdam-West. Misja Steinmetz zei: ‘Ik kan me niet aan het beeld onttrekken dat een deel van de kritiek op de fatbike niet los te zien is van de vooroordelen over Amsterdammers met een niet-westerse migratieachtergrond die veel van dit vervoersmiddel gebruikmaken.’
Tegelijk steunt GroenLinks het voorstel. Volgens Steinmetz laten cijfers zien dat fatbikes vaker betrokken zijn bij ongelukken dan andere fietsen. Veel van deze fietsen blijken opgevoerd en gaan harder dan toegestaan. Wel waarschuwde hij dat een algemeen verbod ook mensen treft die zich wél aan de regels houden en op een relatief goedkope e-bike rijden.
Ronald Schönberger van De Groenen Basis Piraten sprak van ‘een vorm van klassenjustitie’. Hij zei: ‘Mensen met minder geld rijden vaker op de goedkopere fatbikes en rijkere mensen op de duurdere e-bikes.’ Volgens hem zou de focus moeten liggen op handhaving tegen overlast door ‘ongeleide projectielen’.
BIJ1 ziet discriminatie
BIJ1 is fel tegen het verbod en vreest etnisch profileren. Dorien Ballout-Siemons stelde dat de maatregel vooral één specifieke groep raakt. Zij wees erop dat het openbaar vervoer duurder en kariger wordt en dat jongeren fatbikes gebruiken om naar school, sport en vrienden te gaan.
Ook bekritiseerde zij de onderbouwing van het plan. In het voorstel worden fatbikes niet alleen gekoppeld aan verkeersveiligheid, maar ook aan het lastigvallen van vrouwen en ‘onnodig rondhangen’. Ballout-Siemons is hier kritisch op: ‘Fatbikes zijn gewoon een eufemisme voor jongeren van kleur.’ Ze voegde daaraan toe: ‘En de gedachte dat er straks een bordje bij het Vondelpark hangt met “Verboden voor fatbikes”, geeft bij mij associaties met een heel erg duistere pagina uit ons verleden.’
Felle reacties op vergelijking
De vergelijking met de Tweede Wereldoorlog leidde tot verontwaardiging. VVD’er Wout Deterink reageerde scherp: ‘De cijfers zijn helder. We willen jongeren beschermen die met de vreselijkste ongelukken in het ziekenhuis terechtkomen, die een gevaar zijn voor anderen. En dan worden dit soort dingen gezegd. Ik vind het walgelijk, echt walgelijk!’
Ballout-Siemons bleef bij haar standpunt, maar nuanceerde wel. ‘Ik denk niet dat het doelbewust is’, zei ze. ‘Mensen gebruiken de term fatbike om racistisch los te gaan.’ Volgens haar gebeurde dat eerder ook bij jongeren op scooters, terwijl overlast door gebruikers van dure e-bikes, bakfietsen en Biro’s minder fel wordt benoemd.
Stadsdeelbestuurder Ester Fabriek van de PvdA noemde de vergelijking ‘heel ongemakkelijk en verdrietig’. Ballout-Siemons bood daarop haar excuses aan. Fabriek gaf aan dat zij zelf ook liever meer handhaving ziet. ‘Ik heb daar vaker bij de burgemeester om gevraagd, dat was niet een heel gezellig gesprek’, zei ze.

















































