Orbán haalt uit: ‘Ik sta aan de kant van Hongarije, niet van Oekraïne’

De oorlog in Oekraïne verdeelt Europa steeds verder. De Hongaarse premier Viktor Orbán zegt dat zijn land ‘vast aan de kant van Hongarije’ staat, terwijl hij de Poolse premier Donald Tusk verwijt dat hij ‘vast aan de kant van Oekraïne’ staat. Hun felle woordenwisseling op X komt op een moment dat Brussel manieren zoekt om Hongarije buitenspel te zetten bij de toetreding van Oekraïne tot de EU.
In zijn bericht schreef Orbán: ‘Rusland is in oorlog. Oekraïne is in oorlog. Hongarije niet.’ Volgens hem moet het niet gaan om de vraag wie wint, maar om hoe er een einde komt aan de gevechten. ‘Uw vraag is wie de oorlog gaat winnen. Mijn vraag is hoe we de oorlog kunnen stoppen, tienduizenden levens redden en veiligheid bieden aan Hongaren.’
Hij benadrukte dat Hongarije niet vecht voor Oekraïne of Rusland, maar alleen voor de eigen belangen. ‘U probeert een oorlog te winnen waarvan u denkt dat die van u is. Ik wil ervoor zorgen dat vrede overheerst.’
Tusk: kant kiezen is verplicht
Tusk wees erop dat Rusland de agressor is. ‘Het is Rusland dat de oorlog tegen Oekraïne is begonnen. Zij hebben besloten dat we in een tijd van oorlog leven.’ Volgens hem betekent dit dat landen geen neutrale positie kunnen innemen. ‘In zo’n tijd is de enige vraag: aan wiens kant sta je?’
De woordenstrijd tussen Orbán en Tusk valt samen met de druk vanuit Brussel. De Europese Commissie onderzoekt hoe het Hongaarse veto kan worden omzeild. EU-woordvoerder Guillaume Mercier zei: ‘De mogelijkheid om de Raad de bevoegdheid te geven met gekwalificeerde meerderheid zou kunnen worden onderzocht.’ Critici zien dit als een directe aantasting van de fundamenten van de EU.
Plan B en Hongaarse bezwaren
De voorzitter van de Europese Raad, António Costa, gaf aan dat hij bereid is Oekraïnes aanvraag vooruit te duwen, ondanks verzet van lidstaten. Ook Litouwen pleitte voor een ‘Plan B’.
Hongarije houdt echter vast aan zijn bezwaren. Minister van Buitenlandse Zaken Péter Szijjártó zei dat Oekraïne ‘niet serieus kan zijn’ door steun te vragen. Hij somde voorbeelden op: ‘De rechten van de Hongaarse gemeenschap in Transkarpatië werden afgenomen, een Hongaarse man werd doodgeslagen tijdens gedwongen dienstplicht, de oliepijpleiding die essentieel is voor onze energievoorziening werd aangevallen, en nu wordt onze militaire leiding de toegang tot Oekraïne ontzegd.’
Praatmee