Liever een verziekte generatie dan een mea culpa – schade van coronabeleid voor kinderen was ondergeschikt aan het ‘belang van de Staat’
Wat onze kinderen is aangedaan tijdens de coronacrisis is misschien wel het ergste dat er tijdens de pandemie gebeurd is. Vooral omdat de overheid al vroeg wist dat de maatregelen meer schade aan de levens van kinderen zouden toebrengen dan ze zouden voorkomen. Maar de Staat redde liever het eigen hachje dan de toekomst van Nederland. De vraag is hoeveel jaar het nog zal duren voordat we de maatregelen die onze bestuurders instelden de correcte titel gaan geven, namelijk een misdaad tegen de menselijkheid.
Kinderen zijn de toekomst. Het is één van die clichés die bij uitstek waar is. Een stabiele, gezonde nieuwe generatie zorgt voor een stabiele, gezonde en winstgevende maatschappij die groeit en bloeit. Tenslotte zijn het de kinderen die straks die maatschappij moeten dragen. Die de economie moeten laten draaien, voor ons moeten zorgen als wij dat zelf niet meer kunnen, onze kleinkinderen moeten onderwijzen en, niet in de laatste plaats, ons land moeten besturen. Dat wordt alleen wel lastig, als die taak zo meteen vervuld moet worden door een generatie van mensen met sociaal-emotionele achterstanden en problemen, gekrompen breinen en hartpatiënten. Maar dat is wel wat de coronacrisis heeft veroorzaakt. Of beter gezegd: het coronabeleid en daarmee dus de Staat, heeft een monster gecreëerd: een generatie van krakkemikkige, onderontwikkelde zielenpoten. Alleen maar omdat de overheid niet wilde toegeven dat ze fout zat. En dat zal de gepeperde rekening van de pandemie nog veel verder doen oplopen.