JA21: Een realistisch alternatief voor de nieuwe generatie

Komende week mogen we weer naar de stembus, en als politiek betrokken geschiedenisstudent is dat een belangrijke keuze om te maken. Mijn naam is Sil Kok. Ik heb mijn propedeuse Bestuurskunde behaald aan de Hogeschool van Amsterdam en ben nu tweedejaarsstudent van de bachelor Geschiedenis aan de Universiteit Utrecht. Mijn generatie is opgegroeid in een Nederland dat sinds de eeuwwisseling sterk veranderd is. Rond 2000 was Nederland een welvarend land met veel kansen voor iedere burger. Hard werken en studeren werden beloond met een goede baan en boden de mogelijkheid om een huis te kopen, een gezin te stichten en je eigen leven grotendeels in te richten zoals je dat zelf wilt. Echter, anno 2025 is het een andere tijd, met veel maatschappelijke problemen, zowel in Nederland als internationaal.
Mijn generatie krijgt nu de rekening gepresenteerd voor maatschappelijke vraagstukken die al twee decennia niet zijn opgelost. We zullen hard moeten vechten om de Nederlandse verzorgingsstaat te kunnen blijven onderhouden, terwijl de vergrijzing toeneemt, salarissen gelijk blijven en de kosten voor levensonderhoud steeds verder stijgen. Daarbovenop komen groeiende internationale dreigingen die we lang niet hebben gezien, asiel- en migratieproblemen die sinds 2002 het debat in de Haagse politiek domineren zonder dat er aan structurele oplossingen is gewerkt, en een diep wantrouwen onder burgers in de daadkracht van de Nederlandse staat.
Daarom gelden deze verkiezingen als een belangrijk kantelpunt voor onze toekomst. Als 23-jarige student staat er veel op het spel. Hoe gaat mijn toekomst eruitzien, en nog belangrijker, hoe gaat ons land eruitzien?
Ikzelf moet hard werken in de horeca en lenen om mijn studie te kunnen betalen. Op kamers gaan is haast onmogelijk. Dit terwijl je omringd bent door studenten die genieten van een rijke komaf. Hun ouders betalen het collegegeld, de kamer en bieden zekerheid voor een frisse start na de studietijd. Studenten zoals ik moeten daarentegen eerst een schuld afbetalen en beginnen dus met een achterstand. Mijn stem weeg ik daarom zorgvuldig af, en dat doe ik door te kijken naar de afgelopen jaren van kabinetten en de politieke ontwikkelingen die hebben plaatsgevonden. Daarbij was er één politicus die authentiek was: een professor in een driedelig pak, die zich in zijn jonge jaren als communist bestempelde, maar later inzag dat ongelijkheid niet kan worden opgelost door vrijheden in te perken. Deze man zag wat veel Haagse politici niet zagen. Wat er namelijk speelde onder de burgers en welke maatschappelijke problemen zich aan het ontwikkelen waren, die ons land uiteindelijk muurvast zouden zetten. Zijn naam was Pim Fortuyn. Hij zag al in 2002 de problemen van migratie, toenemende bureaucratie, stikstof en het afnemende vertrouwen van burgers in de politiek. Echter, hij schreeuwde niet van de zijlijn, maar opende het politieke debat en wilde met oplossingen Nederland een nieuwe koers geven. Zijn plannen kwamen echter te vervallen nadat hij op 6 mei 2002 in mijn geboortestad werd vermoord.
Maar hij heeft mij altijd geïnspireerd om mee te doen in de politiek. Om de democratie te benutten zoals die echt bedoeld is: met een vrij debat, waarbij het aan de burger is om te bepalen wie er mag regeren, en niet aan politici die dat graag afdwingen. Net als in 2002 zijn Haagse politici vandaag de dag ver verwijderd van de problemen waar veel burgers dagelijks mee te maken hebben. Zijn visie wordt het best gedragen door JA21, een constructieve partij met duidelijke plannen, die daadwerkelijk voorstellen doen voor oplossingen. De afgelopen jaren waren zij actief in de Kamer en hebben zij gewerkt om iets bij te dragen aan Nederland. Een partij die bestaat uit gemotiveerde burgers: van studenten tot gepensioneerden, van inwoners uit de Randstad tot inwoners uit Twente, Limburg en Friesland. Dit zijn betrokken burgers die streven naar een Nederland waarin de staat het geld beheert als dienaar van de burger, precies datgene wat Pim Fortuyn 23 jaar geleden al beoogde. Niet klagen over ongelijkheid terwijl je zelf van goede komaf bent en gepamperd wordt door je ouders, maar mensen die hard werken om iets van hun leven te maken. Dát zijn de bestuurders en politici waar Nederland nu naar snakt.
En als student zie ik maar één politieke partij die dit biedt. Daarom krijgt JA21 mijn stem.




















































