GroenLinks-Europarlementariër leidt nieuwe aanval op Hongarije

Het Europees Parlement heeft de artikel 7-procedure tegen Hongarije opnieuw opgestart, onder leiding van de Nederlandse GroenLinks-Europarlementariër Tineke Strik. Artikel 7 is het zwaarste middel dat de EU kan inzetten tegen een lidstaat en kan ertoe leiden dat een land zijn stemrecht in de Raad van de EU verliest.
Strik stelde het rapport op waarin Hongarije wordt beschuldigd van het afglijden naar een ‘hybride regime van electorale autocratie’. De commissie Burgerlijke Vrijheden (LIBE) stemde woensdag in met haar voorstel: 51 leden stemden voor, 21 tegen en twee onthielden zich. Daarmee laait het politieke conflict tussen Brussel en Boedapest weer op.
Aantijgingen over rechtsstaat en corruptie
Volgens het rapport is de democratische situatie in Hongarije verder verslechterd sinds de EU in 2018 de artikel 7-procedure begon. De commissie noemt politieke druk op rechters, het negeren van uitspraken van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens en de verzwakking van de Nationale Raad voor de Rechtspraak.
Daarnaast stelt het document dat er sprake is van ‘corruptie, misbruik van EU-geld en beperkingen op academische en mediavrijheid’. De commissie vraagt de Europese Raad om eindelijk stappen te zetten om Hongarije zijn stemrecht binnen de EU te kunnen afnemen. Het rapport wordt later deze maand besproken tijdens de plenaire vergadering van het Europees Parlement in Straatsburg.
Hongarije noemt het politiek gemotiveerd
De Hongaarse regering en Europarlementariërs van regeringspartij Fidesz spreken van een ideologisch gemotiveerde aanval. Volgens hen wordt Hongarije gestraft omdat het vasthoudt aan conservatief beleid en weigert mee te gaan in de liberale lijn van Brussel.
Europarlementariër Kinga Gál schreef op X dat de stemming ‘weer een beschamende stap is in een reeks politiek gemotiveerde aanvallen op Hongarije’. Volgens haar wordt het land aangepakt omdat het ‘geen wapens stuurt naar Oekraïne, geen illegale migranten opneemt en genderideologie in scholen afwijst’.
Haar collega András László stelde, aldus Index, dat het Europees Parlement ‘zich tegelijk als aanklager, rechter en jury opstelt’. Volgens hem gaan veel verwijten over beleidsterreinen ‘die buiten de bevoegdheden van de EU vallen, zoals buitenlands beleid, onderwijs en gezinsrecht’.












































