Deloitte-rapport onder vuur: opdrachtgevers gelieerd aan Milieudefensie en Urgenda

Het Deloitte-rapport over de landbouw zorgt voor veel ophef. Het onderzoek stelt dat de landbouw meer kost dan oplevert. Volgens Deloitte bedragen de ‘maatschappelijke kosten’ 18,6 miljard euro, terwijl de toegevoegde waarde 13,3 miljard euro zou zijn. Nu blijkt dat een van de opdrachtgevers 181.000 euro subsidie kreeg en dat de groepen achter het rapport verbonden zijn aan activistische organisaties zoals Greenpeace, Urgenda en Milieudefensie. Ook zijn verschillende provincies en een gemeente lid van een van deze coalities. Daarmee staat de neutraliteit van het onderzoek onder druk.
Transitie Coalitie Voedsel is één van de opdrachtgevers. De organisatie ontving tussen 2019 en 2024 in totaal 181.000 euro aan subsidie van de overheid. Dit blijkt uit cijfers die zijn verzameld door Rijksuitgaven. 155.000 euro hiervan is een staffelbedrag. Dat betekent dat alleen een range waarbinnen bedragen vallen worden vrijgegeven in plaats van de precieze contractprijzen. Het werkelijke bedrag kan dus hoger of lager uitvallen.
De organisatie is verder naar eigen zeggen activistisch van aard. Op hun website schrijft de coalitie dat zij een eiwittransitie nastreven. Ze omschrijven dit als: ‘Eiwittransitie: naar een eetpatroon dat vooral leunt op consumptie van plantaardige eiwitten en een landbouwmodel dat hierop aansluit.’
Daarnaast richt de coalitie zich op het beïnvloeden van beleid en instituties. Ze schrijven: ‘Het beïnvloeden van systeemspelers zoals overheden, financiële sector, koepels, toezichthouders etc. om het nieuwe paradigma bij alle spelers in de keten en in het systeem tot de norm te verheffen.’
Opvallend is dat meerdere overheidsorganisaties lid zijn. Op de lijst staan provincie Zuid-Holland, provincie Gelderland, waterschap De Dommel en gemeente Ede. Overheden nemen dus actief deel aan een coalitie die een specifieke landbouwrichting promoot. De Vrije Universiteit is eveneens lid. Verder zijn activistische organisaties aangesloten zoals Stichting Doen, onderdeel van de Nationale Postcode Loterij en VriendenLoterij, de Dierenbescherming, Natuurmonumenten en Milieu Centraal. Verschillende van deze activistische organisaties ontvingen eveneens subsidiegeld van de overheid. Zo ontving de Dierenbescherming tussen 2019 en 2024 5.549.000 euro subsidie. Natuurmonumenten ontving 62.948.000 euro in diezelfde periode.
Nog meer activistische banden
De tweede opdrachtgever is Robin Food Coalition. Zij kregen geen directe subsidie en noemen zichzelf ‘zeventig (bio) MKB-koplopers in de voedingssector’. Aangesloten bedrijven zijn onder meer Ekoplaza, Hak en Anne & Max.
Toch zitten ook hier activistische organisaties aan tafel. Greenpeace, Milieudefensie en Urgenda zijn allemaal betrokken. Urgenda is onder andere bekend van de klimaatzaak tegen de Nederlandse Staat waarin zij CO2-reductie juridisch afdwongen. Daarnaast is ook Transitie Coalitie Voedsel verbonden. Verder doen universiteiten mee zoals Leiden, Wageningen, Maastricht, de Universiteit van Amsterdam, de Vrije Universiteit en de Radboud Universiteit. Volgens Robin Food Coalition is hun werk verder mede mogelijk gemaakt door Urgenda en Stichting Doen.
Ook blijkt dat meerdere personen van beide coalities zelf als auteur in het Deloitte-rapport staan. Het gaat om Volkert Engelsman (Founder Robin Food Coalition), Titus Bekkering (Founder Robin Food Coalition), Noa Widdershoven (Director Robin Food Coalition), Jan Paul van Soest (Founder Transitie Coalitie Voedsel) en Kim Nackenhorst (Senior manager Transitie Coalitie Voedsel). De opdrachtgevers hebben dus niet alleen het onderzoek laten uitvoeren, maar ook meegeschreven. Dat is opvallend gezien de activistische koers van de opdrachtgevers die op zijn minst de schijn van neutraliteit van het onderzoek ondermijnen.
Kritiek vanuit BBB en LTO
BBB verwerpt de conclusies van Deloitte en noemt het rapport misleidend. De partij zegt: ‘Deloitte beperkt de analyse tot primaire productie.’ Volgens BBB wordt daardoor een groot deel van de economische waarde weggelaten, omdat verwerking, logistiek, retail en consumptie buiten beschouwing blijven. De partij vindt ook dat Deloitte modelberekeningen presenteert alsof het echte uitgaven zijn en benadrukt de maatschappelijke bijdrage van boeren: ‘Boeren beheren 51 procent van het Nederlandse landoppervlak.’
De Land- en Tuinbouw Organisatie Nederland (LTO) sluit zich daarbij aan en stelt dat de markt voor biologische producten ‘simpelweg verzadigd’ is. De organisatie waarschuwt bovendien, net als de BBB, voor ‘milieulekkage’, waarbij productie en uitstoot naar het buitenland verschuiven. ‘Het is alsof we een gascentrale net over de grens plaatsen en dan trots roepen dat we onze CO2-uitstoot hebben teruggedrongen.’ Volgens de organisatie schetst Deloitte een wereld waarin markt en handel niet bestaan en daardoor een onrealistisch beeld van de landbouw.




















































