Timmermans, die voorheen al eens diende als minister van Buitenlandse Zaken, wil zich nog niet expliciet uitspreken over een mogelijk terugkeer, dit omdat de PvdA- en GroenLinks-leden eerst moeten gaan stemmen over het referendum van een gedeelde kieslijst.
"Alles wat ik nu zou zeggen zou dat proces verstoren. Het is aan de leden van beide partijen om zich uit te spreken en dan zal iedereen een beslissing moeten nemen."
Is Timmermans nog wel een sociaaldemocraat?
In het Europese Parlement is Eurocommissaris Frans Timmermans in een botsing gekomen met Europarlementariër Rob Roos (JA21) over de steeds strengere EU-klimaatwetgeving. Roos stelt dat Europese Unie met niet meer opkomt voor de gewone man, en uiteindelijk de vrijheid van miljoenen Nederlanders zal ontnemen. Timmermans daarentegen stelt dat politieke sturing nodig is in een tijd van industriële revolutie.
Dinsdag stemde het Europese Parlement definitief in met het voorstel van Timmermans om per 2035 de verkoop van benzine- en dieselauto's te gaan verbieden binnen de Europese Unie. Dit strenge verbod is in het kader van verduurzaming, om een grote trend van elektrisch rijden aan te wakkeren.
Timmermans reageerde enthousiast op de goedkeuring van zijn voorstel. Maar hieraan ging een flinke botsing met Europarlementariër Rob Roos (JA21). Volgens Roos zal het plan namelijk leiden tot een cultuur waarin het bezit van een privé-auto alleen nog is weggelegd voor de allerrijksten, niet voor de gewone burger. Roos vindt dit in strijd met de sociaaldemocratische achtergrond van Timmermans, die lid is van de PvdA.
Steeds minder vrijheid
"'Iedere arbeider zijn eigen auto!' Een mooie uitspraak van Joop den Uyl, uit de tijd dat de sociaaldemocraten nog voor de mensen opkwamen. Uit de tijd dat de gevestigde partijen nog voor vooruitgang stonden. Die tijd is voorbij. Het ideaal van 'een eigen auto voor iedereen' dreigt te verdwijnen," begint Roos.
Hij vervolgt: "De VVD is nu zelfs in de EU verantwoordelijk voor het plan om vanaf 2035 alleen nog elektrische auto's toe te staan. Die zullen door hun dure accu's altijd een hoge aankoopprijs hebben. Daardoor kunnen hardwerkende mensen met een laag inkomen straks geen auto meer kopen. Dat zal miljoenen Nederlanders hun vrijheid ontnemen."
"En laat ik duidelijk zijn: dat is geen ongelukkig gevolg van het beleid," zegt hij. "Nee - dat ìs het beleid. Met dit EU-beleid wordt Nederland één grote stad, vol prefabwoningen, vol migranten en vol windturbines. Zonder boeren, zonder privé-auto's en zonder vrijheid. Dat is de kant die het opgaat."
Roos besluit: "Ik wil ons mooie Nederland behouden. Ik wil onze vrijheid behouden. Daarom, meneer Timmermans, zal ik mij blijven verzetten tegen deze agenda."
"Industriële revolutie"
Timmermans kan zich niet vinden in Roos' kritiek. Korte tijd later, als hij zelf mag spreken, schakelt hij over op het Nederlands en richt hij zich ten overstaande van het hele Europese Parlement specifiek tot zijn landgenoot.
"Ik wil ook tegen de heer Roos zeggen, die terecht Joop den Uyl opvoert: we leven in een tijd van een industriële revolutie," zegt hij. "Alles zal opnieuw bekeken worden. En in deze tijd is de spreiding van kennis, macht en inkomen weer het allerbelangrijkste onderwerp in de politiek. Een industriële revolutie die niet politiek gestuurd wordt, en die niet gestuurd wordt door regelgeving, zal een kleine groep van multimiljardairs opleveren en een heel grote groep mensen die verliezen."
Hij vervolgt: "Mensen vastketenen aan het verleden is ze geen perspectief bieden op de toekomst. Je moet eerlijk en duidelijk zijn in waar de toekomst ligt. Die ligt in de elektrificeren van de auto-industrie."
Timmermans richt zich tot slot tot de Duitse fracties. Hierin benadrukt hij de noodzaak om verantwoordelijkheid te nemen. Timmermans spreekt: "Als lid van een sociaaldemocratische volkspartij heb ik al veel oppositie meegemaakt. Maar als je in de oppositie gelooft dat je geen verantwoordelijkheid hoeft te dragen, dan ben je op een dwaalweg. Je moet weten dat de mensen ons vertrouwen, en dat de kiezers terugkomen als wij ook in de oppositie, ook in moeilijke kwesties laten zien dat wij verantwoordelijkheid kunnen dragen."