Kabinet verbiedt hoofddoek bij boa's per 2025
Boa's mogen vanaf 2025 geen zichtbare religieuze symbolen meer mogen dragen tijdens hun werk. Minister David van Weel (Justitie en Veiligheid) stelt dat de maatregel bedoeld is om het vertrouwen in de onpartijdigheid van boa’s te versterken. Dat heeft hij donderdag bekendgemaakt in een brief aan de Tweede Kamer.
Met de maatregel komt er een einde aan de huidige situatie, waarin gemeenten zelf mogen beslissen of boa’s religieuze uitingen zoals hoofddoeken, keppeltjes of kruiskettingen mogen dragen. De nieuwe regels worden vastgelegd in een Algemene Maatregel van Bestuur (AMvB) en moeten eind 2025 landelijk ingevoerd zijn.
Waarom neutraal belangrijk is
Volgens minister Van Weel is een neutrale uitstraling essentieel voor het gezag en de onpartijdigheid van boa’s. “Het gaat om de neutraliteit van het instituut dat iemand representeert, niet om de persoon zelf,” schrijft hij. De minister benadrukt dat boa’s een belangrijke rol spelen in de rechtsstaat en dat hun werk vaak gepaard gaat met zware verantwoordelijkheden, waaronder het gebruik van geweld. “Daar hoort een neutraal uniform bij, zonder enige toevoeging.”
Van Weel borduurt hiermee voort op het beleid van zijn voorganger Dilan Yesilgöz, die al pleitte voor een verbod op religieuze symbolen bij boa’s.
Gemeenten hanteren verschillende regels
Op dit moment hanteren gemeenten uiteenlopende regels over religieuze uitingen bij boa’s. Zo besloot de gemeente Den Haag juist vandaag dat boa’s daar vanaf 1 januari 2025 wél religieuze symbolen mogen dragen. Ook andere steden zoals Tilburg, Utrecht en Arnhem hebben vergelijkbare besluiten genomen. Deze lokale besluiten staan haaks op het landelijke beleid dat minister Van Weel wil invoeren.
De vakbond voor boa’s is kritisch over het toestaan van religieuze symbolen. Zij waarschuwen dat dergelijke uitingen kunnen leiden tot verwarring en het verlies van neutraliteit bij handhavers.
Oordeel College voor de Rechten van de Mens
Het verbod op religieuze symbolen is niet onomstreden. Twee jaar geleden oordeelde het College voor de Rechten van de Mens dat een dergelijk verbod “stigmatiserend en niet effectief” kan zijn. Het college stelde dat mensen die zichtbaar religieus zijn, net zo goed in staat zijn om onpartijdig te functioneren.
Toch blijft het kabinet vasthouden aan de maatregel, zoals eerder vastgelegd in het hoofdlijnenakkoord van het kabinet-Schoof. Van Weel benadrukt dat het niet gaat om persoonlijke overtuigingen, maar om de neutraliteit van het ambt dat boa’s vertegenwoordigen.
Invoering per eind 2025
De nieuwe regels worden vastgelegd in een AMvB, een wettelijke regeling die zonder tussenkomst van het parlement kan worden ingevoerd. Het proces zal nog enkele maanden in beslag nemen, maar het kabinet streeft ernaar de maatregel uiterlijk eind 2025 in werking te laten treden.
Met deze maatregel wil het kabinet zorgen voor uniformiteit in het optreden van boa’s, ongeacht in welke gemeente zij werken. Het is nu aan gemeenten en betrokken organisaties om zich op de invoering voor te bereiden.