Faber is er klaar mee: VVD en NSC liggen dwars bij harde aanpak asielcrisis

Minister Marjolein Faber van Asiel en Migratie ligt onder vuur. Niet alleen vanuit de oppositie, maar ook binnen haar eigen coalitie. VVD en NSC zijn kritisch op het tempo waarmee de PVV-bewindsvrouw haar strenge asielplannen uitvoert. Zelf wijst Faber naar anderen. "Ik kan niet zeggen dat iedereen in de meewerkstand staat," zei ze woensdag na afloop van de ministerraad tegenover de NOS.
De ministerraad vond ditmaal op woensdag plaats vanwege Hemelvaartsdag. Daar benadrukte premier Dick Schoof dat het kabinet "snoeihard" werkt aan het afgesproken asielbeleid. Tegelijkertijd staat de uitvoering onder druk. Faber heeft honderden Kamervragen moeten beantwoorden: inmiddels heeft ze er 700 verwerkt, maar er liggen er nog honderd op haar bord. "We moeten tempo maken, maar als ik dan bijna 1000 vragen voor de kiezen krijg..."
Voor Faber is de stroom aan vragen een vertragingstactiek. Haar voorstellen om het asielbeleid aan te scherpen – zoals het afschaffen van automatische opvang en snellere procedures – roepen veel weerstand en vragen op. Coalitiepartners VVD en NSC willen eerst resultaten zien voordat ze nieuwe stappen zetten. Die houding stuit op felle kritiek van de PVV-minister.
Faber haalt uit naar VVD en NSC
In schriftelijke antwoorden aan de Kamer uit Faber haar frustratie. Ze hekelt de VVD, die volgens haar verantwoordelijk is voor het "gefaalde asielbeleid" van de afgelopen jaren. "De VVD trekt een grote broek aan. We zitten in feite op de ruïnes van Rutte," stelt ze.
Ook NSC moet het ontgelden. Die partij zou volgens Faber "in een papieren werkelijkheid leven". NSC blokkeerde eerder de inzet van het staatsnoodrecht, waardoor Faber werd gedwongen alternatieve wetgeving te bedenken. Op de vraag of ze nog voldoende steun voelt binnen de coalitie, reageerde ze ontwijkend: "Dat gaat weleens door mijn gedachten, ja."
Een terugkerend punt van kritiek is het ontbreken van harde onderbouwing. Veel Kamerleden willen weten of de voorgestelde maatregelen daadwerkelijk leiden tot minder asielinstroom. Faber erkent dat die effecten "niet met wetenschappelijke zekerheid zijn te voorspellen". Geopolitieke ontwikkelingen en het beleid in andere landen spelen hierin een rol. Toch verwacht de minister wel degelijk een positief effect. Ze wijst naar Zweden, waar een combinatie van maatregelen volgens haar heeft gewerkt. Tegelijk erkent ze dat de situatie daar niet volledig te vergelijken is met Nederland.