Hoe ngo's de democratie ondermijnen
Niet-gouvernementele organisaties, kortweg ngo's, werden vroeger “belangengroepen” of “pressiegroepen” genoemd. Dit gaf aan dat deze entiteiten bestonden uit individuen die actief hun eigen belangen behartigden of de belangen die zij belangrijk vonden, vaak door politieke druk uit te oefenen. Hier is niets mis mee in een democratie. In een democratie moet de politiek aandacht hebben voor de hoop en waarschuwingen, wensen en eisen die de samenleving aan de regering voorlegt. Natuurlijk hebben politici het recht om het niet eens te zijn met deze standpunten en ze af te wijzen.
Ze moeten echter wel bekendmaken wie eisen aan hen stelt en geloofwaardige redenen geven voor hun antwoorden op deze eisen. Het is volstrekt onaanvaardbaar in een democratie dat regeringen veronderstellen dat ze een onfeilbaar oordeel hebben over wat de samenleving nodig heeft of niet nodig heeft. Het wordt nog schandaliger wanneer politici het proces van politieke wilsvorming manipuleren op een manier die slechts burgerparticipatie in politieke debatten simuleert. Dit gebeurt wanneer belangengroepen worden gefinancierd om te dienen als spreekbuizen en propagandisten voor politieke leiders.