Kamervragen ingediend over rol Palantir binnen overheidssystemen

De Amerikaanse dataspecialist Palantir duikt steeds vaker op in de Nederlandse overheid. Dat roept vragen op over privacy, democratische controle en transparantie. Forum voor Democratie-Kamerlid Pepijn van Houwelingen heeft deze maand Kamervragen gesteld aan zes verschillende ministers. Aanleiding: onthullingen uit Woo-documenten, gepresenteerd door privacyexperts Wesley Feijth en David Boerstra in hun Pro Privacy Podcast. Zij luiden al langer de noodklok over de stille opmars van deze omstreden software.
“Palantir zit al diep in de infrastructuur van de overheid,” reageert Boerstra in een nieuwe aflevering. “En daar worden geen vragen over gesteld. Tot nu.” Dankzij de podcast, zo zeggen de makers, zijn de zorgen eindelijk doorgedrongen tot de Tweede Kamer. “Altijd goed als er iets met onze informatie wordt gedaan,” zegt Feijth. “Dat is precies waar we het voor doen.”
Wat is Palantir en waarom is het zo omstreden?
Palantir is een Amerikaans databedrijf dat werd opgericht met geld van de CIA. De software werd ontworpen voor militaire en inlichtingenmissies. Inmiddels wordt Palantir wereldwijd gebruikt voor het verwerken, combineren en analyseren van gigantische hoeveelheden data. Niet alleen in oorlogen, maar ook in burgerbesturen.
In Nederland kwam Palantir tijdens corona stilletjes binnen, blijkt uit Woo-documenten. Politie en veiligheidsdiensten sloten contracten zonder publieke discussie. Via een zogeheten ‘gratis proefperiode’ kreeg het bedrijf toegang tot netwerken van hulpdiensten. Sindsdien is het systeem op steeds meer plekken terug te vinden, ook bij ministeries.
Volgens privacydeskundige Feijth werkt Palantir als een verslavend middel. “Zoals een dealer de eerste dosis gratis geeft, deed Palantir dat ook. En daarna zat je eraan vast.”
Van de CIA tot de toeslagenaffaire?
In de podcast leggen Boerstra en Feijth uit hoe de oorsprong van Palantir teruggaat tot het Total Information Awareness-project na 9/11. Dat werd in de VS verboden vanwege privacyrisico’s. Maar kort daarna werd Palantir opgericht — met exact hetzelfde doel: alle informatie, overal, met elkaar verbinden.
In Nederland werd Palantir onder meer gebruikt voor het coronadashboard. Volgens de podcastmakers is het niet ondenkbaar dat de technologie ook een rol speelde bij de toeslagenaffaire. “Je wordt niet meer verdacht op basis van iets wat je gedaan hebt, maar op basis van een profiel,” zegt Boerstra. “Dit is Minority Report, maar dan in het echt.”
Zeven ministers onder vuur
Op 11 juli ontving het kabinet een spervuur aan vragen van FvD’er Van Houwelingen. Hij wil van de ministers weten wie er Palantir gebruikt, op welke afdelingen, onder welke projectnamen, en of de software op een legale manier is aangekocht.
De vragen zijn gericht aan de ministers van: Defensie, Financiën, Infrastructuur en Waterstaat, Justitie en Veiligheid, Binnenlandse Zaken en VWS. De centrale vraag: wie gebruikt Palantir, en hoe diep zit het systeem in onze overheid? Bij Justitie gaat de vraag nog verder: is de aanschaf van Palantir heimelijk gebeurd? En is daarbij de aanbestedingswet omzeild?
Nederland als proeftuin
De zorgen gaan niet alleen over technologie, maar ook over principes. “Als de overheid jou gaat beoordelen op basis van data in plaats van daden, verlies je je rechten,” zegt Feijth. Hij vreest een toekomst waarin je niet langer onschuldig bent tot het tegendeel is bewezen, maar verdacht bent op basis van je gedragspatroon. “Je hoeft geen misdaad meer te plegen om in het vizier te komen. Het systeem bepaalt of je een risico vormt.”
Volgens de podcastmakers is Nederland een ideaal testland: goed georganiseerd, hoog digitaal, en weinig publieke discussie over privacy. Palantir zou inmiddels gebruikt worden in meerdere overheidsprojecten, vaak onder de codenaam “Raffinaderij”. Daarmee worden gegevens van burgers gesorteerd, gecombineerd en geanalyseerd.
Volgens Pro Privacy staat de democratische rechtsstaat op het spel. “We gaan richting een samenleving waar de toeslagenaffaire kinderspel bij is,” waarschuwt Boerstra. “Zodra je data tegen je gebruikt worden, ben je te laat.”