De meeste mensen keuren de vandalistische acties van de klimaatactivisten af, maar hebben er tegelijkertijd wel begrip voor. Asha ten Broeke snapte in eerste instantie ook niet goed waarom de activisten juist kunst besmeuren, zo schrijft ze. ‘Klimaatactie, ja, heel graag, maar blokkeer dan een olieraffinaderij. Bezet de Tweede Kamer. Sloop desnoods een benzinepomp, maar geen kunst.’
Vervolgens houdt Ten Broeke een betoog over de gevolgen van klimaatverandering en hoe mensen hierop reageren. Uiteindelijk komt ze tot de conclusie dat haar eerste gedachte niet goed was: “De activisten hebben onze liefde voor kunst slim gebruikt om ons te ontregelen, wakker te schudden, tongen los te maken. Dat daar soep en aardappelpuree voor nodig was, moeten we hun niet verwijten. We zouden hun juist heel dankbaar moeten zijn.’
Ook PVV-Kamerlid Martin Bosma kreeg de column onder ogen en valt daarbij vooral over de oproep van Ten Broeke om de Tweede Kamer te bezetten: ‘Totalitair links wil een omroep kapot, politieke partijen verbieden, censuur op Twitter’, schrijft hij bij een screenshot van de desbetreffende alinea uit de column. ‘Wilders die niet mag uitpraten bij Rick Nieman. NPO66 full-time op klimaatorgel. En nu in Volkskrant: linkse roedels, op naar het parlement!’
Het is niet de eerste keer dat Ten Broeke een opvallende oproep doet. Eerder schreef ze dat FVD-leider Thierry Baudet een fascist is en riep ze op NPO Radio 1 mensen op om bijeenkomsten van de partij te verstoren. Daarbij stelde ze dat de weerstand tegen Baudet en zijn partij wat haar betreft veel activistischer mag. De tekst voor op een eventueel spandoek had ze al bedacht: ‘Baudet is een fascist. Ga weg!’
In datzelfde programma vertelde ze ook dat ze haar uitlatingen vooral bij 'rechtse witte mannen' op veel weerstand stuiten: “Ik zeg dingen die veel mensen niet willen horen. En dan krijg ik een hoop narigheid over me heen. Dan ben ik een zure teuggleuf of vieze vette naziblop. Ik krijg veel reacties over mijn gewicht. Anderen hebben het daar erg moeilijk mee, maar ikzelf niet.”