De islamitische draai van Halsema: zo dacht ze vroeger over de hoofddoek
Burgemeester Femke Halsema gaat de hoofddoek toestaan bij Amsterdamse boa's, tegen het landelijke beleid in. Dit leidt tot verontwaardiging bij sommige Nederlanders. Vroeger was Halsema namelijk een stuk kritischer op de islam, zoals blijkt uit haar oude uitspraken.
Ook de gemeente Amsterdam wil dat buitengewoon opsporingsambtenaren (boa's) religieuze uitingen mogen dragen, zoals een hoofddoek of een tulband. Dit maakte de gemeente maandag bekend. Hiermee is Amsterdam de vijfde stad die tegen de landelijke richtlijn van demissionair minister Dilan Yesilgöz (Justitie en Veiligheid) ingaat.
Het stadsbestuur is ervan overtuigd dat "alle ambtenaren professioneel en onpartijdig zijn in hun handelen, ongeacht hun religieuze achtergrond", staat er te lezen in een raadsbrief. Ook wordt er benadrukt dat gemeentelijke baliemedewerkers al jarenlang een hoofddoek moeten dragen.
'Natuurlijk is de islam een probleem'
Het besluit van het Amsterdamse college leidt tot verontwaardiging bij sommige Nederlanders. Op sociale media worden er oude uitspraken van Femke Halsma opgerakeld, waarbij ze blijk geeft van een kritische houding ten opzichte van de islam.
In 2009 zei Halsema, bij een interview met De Pers, grote problemen te hebben met de hoofddoek. De islam beschouwde ze als 'natuurlijk een probleem', waaraan ze toevoegde: "Met name in combinatie met ongeletterdheid. Het is: weinig eigen opvattingen hebben over het goede leven."
Halsema was destijds de GL-fractieleider in de Tweede Kamer. Ze had haar kinderen expres op een school in Amsterdam-Oost gezet, waar veel leerlingen een migratieachtergrond hadden. Maar na verloop van tijd haalde Halsema haar kinderen van deze school af. Naar eigen zeggen had ze er moeite mee om op deze school tussen 'allerlei gesluierde vrouwen' te zitten, vertelde ze bij De Pers. Ook kwam Halsema tot de conclusie dat kinderen 'geen sociaal experiment' zijn.
Hoewel Halsema het recht steunde om de hoofddoek te dragen, benadrukte ze ook: "Maar ik kan niet wachten op het moment waarop vrouwen in vrijheid hun hoofddoek zullen afslingeren. Ik zie het liefst elke vrouw in Nederland hoofddoekloos. Ik geloof niet dat welke God ook kledingeisen stelt. Dat zijn de mannen geweest die het geloof uitleggen."