Kabinet verdedigt geheime deal met Palantir: nog steeds in gebruik

De Nederlandse overheid houdt vast aan het gebruik van de omstreden Palantir-software. Dat blijkt uit antwoorden van minister Van Weel (Justitie en Veiligheid) op Kamervragen van FVD-Kamerlid Pepijn van Houwelingen. Ondanks zorgen over privacy en democratische controle benadrukt de minister dat de software alleen wordt ingezet voor zware criminaliteit en terreurbestrijding.
Volgens Van Weel gebruikt alleen de politie Palantir, en dan nog uitsluitend binnen een analyseomgeving die de naam “Raffinaderij” draagt. Die omgeving moet helpen bij het bestrijden van georganiseerde misdaad en het voorkomen van aanslagen. Andere ministeries, samenwerkingsverbanden of organisaties zouden er geen toegang toe hebben.
Wel erkent de minister dat de aanschaf van de software in 2018 heimelijk gebeurde. Er werd geen openbare aanbesteding gehouden, maar een beroep gedaan op een uitzonderingsartikel uit de Aanbestedingswet. “De thema’s waarop de analyseomgeving ‘de Raffinaderij’ wordt ingezet zijn zeer gevoelig en kennen een hoog afbreukrisico,” schrijft Van Weel.
Veiligheidsregio’s mochten kort meedoen
Tijdens de coronaperiode kregen zes veiligheidsregio’s in Zuid-Nederland tijdelijk toegang tot Palantir. Volgens de minister ging het alleen om openbare data en werd het gebruik al in 2021 beëindigd. Toch blijft onduidelijk hoe diep de software in die tijd werd geïntegreerd in netwerken van politie, brandweer en hulpdiensten.
Opvallend is dat de NCTV, die vaak in verband wordt gebracht met Palantir, volgens de minister nooit gebruik heeft gemaakt van de software. Daarmee spreekt hij eerdere suggesties van buitenaf tegen.
Kritiek op gebrek aan transparantie
De kern van de kritiek zit in de manier waarop de deal tot stand kwam. De geheime aanschaf van Palantir roept vragen op over democratische controle. Volgens de minister was geheimhouding noodzakelijk om onderzoeksmethoden niet prijs te geven en de veiligheid van Nederland te bescherm.
Critici wijzen er echter op dat juist dit soort deals het risico vergroten op een ondoorzichtige surveillancestaat. Privacy-experts Wesley Feijth en David Boerstra waarschuwen in de ProPrivacy-podcast dat Palantir is gebouwd om grote hoeveelheden data te koppelen en patronen in burgers te herkennen. Dat maakt de software krachtig, maar ook gevaarlijk als de controle ontbreekt.
Meer vragen dan antwoorden
Met de antwoorden van Van Weel is wel duidelijk dat Palantir al sinds 2018 binnen de Nederlandse politie wordt gebruikt. Maar veel blijft in nevelen gehuld: welke data precies worden gekoppeld, welke algoritmes worden toegepast, en hoe burgers kunnen weten of zij onterecht in een profiel belanden.
De minister houdt de boot af. “Informatieproducten afkomstig uit de analyseomgeving worden niet gedeeld met partijen buiten de politie,” stelt hij. Toch kan de politie op basis van die producten wel andere instanties inschakelen. Daarmee blijft de deur open voor stille uitbreiding van Palantir in de Nederlandse veiligheidsketen.
Praatmee