Hoeveel asielzoekers moet Nederland opnemen uit andere landen? Geheime cijfers zijn uitgelekt

Eurocommissaris Magnus Brunner (Migratie) heeft een voorstel naar de lidstaten, waaronder Nederland, gestuurd over de uitvoering van de nieuwe Europese spreidingswet, onderdeel van het migratiepact dat in juni 2026 in werking treedt. De plannen moeten de druk op Zuid-Europese landen als Italië en Griekenland verlichten, waar veel asielzoekers aankomen. Maar Brussel weigert nog te zeggen hoeveel migranten Nederland precies moet opnemen. De cijfers zijn ‘geheim’ tot alle lidstaten akkoord zijn, meldt De Telegraaf.
Volgens het voorstel moeten minstens 30.000 migranten worden verdeeld over de EU-landen. De hoogte van de zogeheten ‘solidariteitsbijdrage’ hangt af van het inwonertal en de economie van elk land. Lidstaten mogen hun aandeel ook afkopen voor 20.000 euro per migrant. Het demissionaire kabinet kiest voor die optie, maar hoeveel geld dat precies kost is onbekend zolang Brussel de cijfers niet vrijgeeft.
Cijfers blijven voorlopig geheim
De Europese Commissie wil de aantallen pas publiceren nadat de lidstaten een definitief besluit hebben genomen. Volgens Brussel is dat ‘zo afgesproken in de wet’. Een EU-ambtenaar zegt dat Nederland de cijfers wél met de Tweede Kamer mag delen, maar het is nog niet duidelijk of dat gaat gebeuren.
Brunner liet dinsdag weten dat Griekenland, Cyprus, Italië en Spanje in aanmerking komen voor ‘solidariteit’ van andere lidstaten. Die landen mogen vragen dat andere EU-landen duizenden asielzoekers overnemen.
Landen met grote opvangproblemen, zoals Bulgarije, Tsjechië, Estland, Kroatië en Oostenrijk, kunnen een korting of vrijstelling krijgen. Ook Polen valt in die categorie vanwege het grote aantal Oekraïense vluchtelingen. De Poolse regering weigert echter mee te doen. Warschau is fel tegen het migratiepact.
Nederland vroeg eveneens om een korting, maar kreeg die niet. Brussel heeft Nederland aangemerkt als ‘risicoland voor migratiedruk’. Dat betekent dat het land financiële steun kan krijgen, maar geen vrijstelling van de spreidingsregeling.
Strengere uitvoering van Dublin-regels
Een belangrijk punt voor Nederland is de naleving van de Dublin-regels. Die bepalen dat het land waar een migrant aankomt verantwoordelijk is voor de asielprocedure. Toch belanden veel migranten uiteindelijk in Ter Apel, omdat Italië en Griekenland weigeren hen terug te nemen.
Brunner erkent nu dat die landen hun plicht moeten nakomen bij het terugnemen van zogenoemde Dublin-claimanten. In Nederland gaat het om honderden gevallen per jaar. Als Italië blijft weigeren, kan het recht op ‘solidariteit’ worden ingetrokken. Nederland hoeft dan niet meer te betalen voor migranten die het niet wil overnemen. Ook mag Nederland ervoor kiezen om ‘Dublinners’ niet terug te sturen, wat vervolgens mag worden verrekend met de solidariteitsbijdrage.





















































