Statushouders verdienen grof geld met illegale onderhuur

Illegaal bijverdienen met een sociale huurwoning: het gebeurt vaker dan gedacht. Tientallen statushouders gebruiken hun met voorrang verkregen woning om er geld mee te verdienen. De verontwaardiging groeit.
Uit onderzoek van het Algemeen Dagblad blijkt dat sommige statushouders hun sociale huurwoning onderverhuren. Via Arabischtalige Facebookgroepen worden kamers, studio’s en hele woningen aangeboden. Soms voor bizarre bedragen. In Amsterdam vroeg een Syrische bewoner bijvoorbeeld 1.400 euro per maand voor een woning die normaal de helft kost.
Zwart verdienmodel
Het gaat om woningen die door gemeenten en woningcorporaties met spoed zijn toegewezen aan mensen met een vluchtelingenstatus. Die woningen worden vervolgens deels of geheel onderverhuurd. Illegaal, maar blijkbaar lucratief.
De onderhuur gebeurt vrijwel altijd zonder medeweten van de woningcorporatie. Volgens brancheverenigingen ligt het percentage onderhuur in de sociale sector rond de 10 procent. Bij statushouders zou het dus om tientallen gevallen gaan, al is het werkelijke aantal lastig te controleren.
Woede in politiek
Het nieuws roept woedende reacties op in Den Haag. PVV-leider Geert Wilders spreekt van “schandalig gedrag”. Hij wil dat betrapte onderhuurders hun verblijfsvergunning kwijtraken.
Ook demissionair minister van Wonen Mona Keijzer (BBB) reageert fel. Zij roept woningcorporaties op om actiever te controleren en frauderende huurders aan te pakken.
“Er is woningnood. Mensen wachten gemiddeld tien jaar op een sociale huurwoning. En als jij dan de gelukkige bent, dan bestaat het niet dat je dat huis vervolgens doorverhuurt aan een ander en het geld in je eigen zak stopt.”
Verboden én onfatsoenlijk
Volgens Keijzer is illegale onderhuur niet alleen juridisch strafbaar, maar ook moreel verwerpelijk. “Je maakt misbruik van het vertrouwen van de samenleving.” De minister noemt het percentage van 10 procent “onacceptabel hoog”.
Woningcorporaties zeggen onderhuur lastig te kunnen opsporen. Veel gebeurt stilletjes, zonder overlast of meldingen. Toch zijn er signalen dat het probleem groeit, zeker in grote steden waar de druk op de woningmarkt het hoogst is.