Nieuw onderzoek maakt korte metten met stikstofnorm

Het Haagse stikstofbeleid kraakt opnieuw in zijn fundamenten. De Amsterdamse hoogleraar waarschijnlijkheidsrekening prof. dr. Ronald Meester concludeert dat het hele stelsel van modellen en rekenwaarden waarop de overheid haar natuur- en vergunningenbeleid baseert, wetenschappelijk niet houdbaar is. Zijn oordeel is hard: “Onwetenschappelijk, ondeugdelijk en dus niet verdedigbaar.”
Het onderzoek van Meester werd uitgevoerd op verzoek van staatssecretaris Jean Rummenie (BBB). Hij vroeg de wiskundige van de Vrije Universiteit te kijken naar de manier waarop de overheid stikstofdepositie berekent en interpreteert. In het rapport, dat dankzij FVD-Kamerlid Lidewij de Vos eerder naar de Kamer is gestuurd, stelt Meester vast dat Nederland zich volledig heeft overgeleverd aan wat hij noemt “de modellenwerkelijkheid”.
“We zijn in dit dossier de maat der dingen kwijtgeraakt,” zegt Meester in De Telegraaf. “We hebben als land de weg van de modellen gekozen, in de hoop dat de wetenschap ons zou leiden. Maar mijn onderzoek laat zien dat dit ijdele hoop is – de wetenschap wordt overvraagd. De wetenschap gaat geen antwoorden opleveren.”
Zijn kritiek richt zich vooral op het Aerius-model, dat nog altijd wordt gebruikt om te bepalen of projecten — van wegen tot woningbouw — doorgang mogen vinden. Eerdere wetenschappelijke commissies, zoals die van Hordijk, concludeerden al dat dit model niet geschikt is voor beslissingen op projectniveau. Toch wordt het nog altijd als “het best beschikbare instrument” gezien.
Geen exacte wetenschap
Volgens Meester bestaat er in de wetenschap geen eenduidige, exacte waarde voor wat een natuurgebied wel of niet aankan. Hij noemt de gehanteerde kritische depositiewaarden (KDW) — de grenzen van stikstofbelasting per hectare — statistisch onwetenschappelijk. Toch vormen die waardes de kern van het Haagse stikstofbeleid én de rechtspraak. Rechters baseren hun uitspraken op het Aerius-model, “omdat het het beste is wat we hebben.” Meester noemt dat “onbevredigend en onduldbaar”.
Rapport officieel naar Tweede Kamer gestuurd
Staatssecretaris Rummenie bevestigt in een brief aan de Tweede Kamer dat Meesters rapport is afgerond en geverifieerd door prof. dr. Arthur Petersen van University College London, die een technische review uitvoerde. Meester kreeg daarna de kans om zijn rapport aan te scherpen.
Rummenie laat weten dat het rapport belangrijke vragen oproept. “Voor mij bevestigt dit onderzoek dat we breder moeten kijken naar de daadwerkelijke staat van de natuur, en dat gaat verder dan alleen stikstof,” zegt hij tegen De Telegraaf. Het kabinet werkt aan een formele reactie die later dit jaar naar de Kamer gaat.
De bevindingen geven de oppositie nieuw munitie. FVD-Kamerlid Lidewij de Vos, die eerder om openbaarmaking van het rapport vroeg, reageerde verheugd. “Het onderzoek bevestigt wat wij al jaren zeggen: de rekenmodellen houden geen enkel verband met de daadwerkelijke staat van de natuur,” schrijft ze op X. Volgens haar zouden andere EU-landen zoals Frankrijk en Italië een beter voorbeeld zijn, waar vergunningen worden gebaseerd op ecologische observaties in plaats van rekenmodellen.
Boeren en bouwers blijven vastzitten
Ondertussen blijft de stikstofimpasse Nederland miljarden kosten. Door het gebrek aan werkbaar beleid liggen tal van projecten stil, van woningbouw tot infrastructuur. De bouw van een half miljoen woningen dreigt te vertragen. Ook boeren verkeren in onzekerheid, omdat vergunningverlening stokt.
Het rapport van Meester legt de vinger op de zere plek: de overheid vertrouwt op rekenwerk waar de wetenschap zelf geen zekerheid over biedt. De hoogleraar pleit voor een radicale koerswijziging: “Het dossier moet van het bord van de modelleurs af en terug op het bord van de beleidsmakers. Die moeten hun beslissingen baseren op maatschappelijk en politiek debat, niet op een schijn van wetenschappelijke zekerheid.





















































