Turkse ambassade in Den Haag blijkt basis voor geheime spionage

De Turkse ambassade in Den Haag is de spil in een geheime spionage-operatie die zich uitstrekt over heel Europa. Dat blijkt uit vertrouwelijke documenten die door Nordic Monitor zijn ingezien. De stukken laten zien hoe diplomatieke posten worden ingezet voor het verzamelen van informatie over journalisten, activisten en politieke tegenstanders van de Turkse president Recep Tayyip Erdoğan. Eerder werd al bekend dat Turkije Nederlandse ambtenaren ronselt voor spionage.
Voormalige diplomatieke functies blijken het dekmantelwerk te zijn van een speciale inlichtingensectie binnen de ambassade. De unit opereert volledig buiten het zicht van de Nederlandse autoriteiten. Volgens de documenten werd de cel in 2024 ingericht en geleid door kolonel Ahmet Murat Karaçam, die onder de titel ‘raadadviseur’ aankwam. Hij kreeg steun van politiechef Tuncay Kızıltuğ, eveneens uitgezonden als zogenaamd diplomatiek medewerker.
Hun daadwerkelijke opdracht: het systematisch volgen, profileren en analyseren van politieke vluchtelingen en kritische stemmen binnen de Turkse diaspora in Europa.
De betrokkenheid van de huidige ambassadeur, Fatma Ceren Yazgan, maakt de operatie organisatorisch mogelijk. Yazgan werkte jarenlang voor MIT, de Turkse geheime dienst, en leidde eerder de inlichtingentak van het Turkse ministerie van Buitenlandse Zaken. Met haar komst verschoof het zwaartepunt van de missie: diplomatie werd bijzaak, informatievergaring hoofdzaak.
Gevoelige informatie gaat rechtstreeks naar Turkije
Stukken die Nordic Monitor publiceerde tonen hoe het verzamelde materiaal binnen enkele dagen werd doorgestuurd naar meerdere Turkse veiligheidsdiensten. De documenten dragen het stempel Gizli (geheim).
Op 21 oktober 2025 werd een eerste rapport vanuit Den Haag verzonden. Een week later stuurde het ministerie van Binnenlandse Zaken dezelfde informatie door naar de Turkse nationale politie en de gendarmerie, met de opdracht om het direct te gebruiken voor verdere opsporing.
Een van de memo’s benadrukt dat de oorspronkelijke documenten “absoluut niet gedeeld mogen worden”. Het toont aan dat Ankara zich bewust is van de diplomatieke risico’s.
Vier personen geselecteerd als doelwit
De geheime cel verzamelde informatie over vier in Europa verblijvende Turkse staatsburgers. Hun namen zijn om veiligheidsredenen weggehaald, maar de instructies laten zien dat Turkse politie-eenheden in de betreffende provincies extra checks moesten uitvoeren.
Het gaat om mensen die in Turkije bekendstaan als critici van Erdoğan, of die gelieerd zijn aan groepen die door Ankara als “vijandig” worden beschouwd. Europese en Noord-Amerikaanse veiligheidsdiensten zien al langer hoe Turkije dissidenten intimideert via diaspora-organisaties en misbruik van gerechtelijke instrumenten zoals Interpol-meldingen.
Netwerk reikt verder dan Den Haag
De Den Haag-cel staat niet op zichzelf. Nordic Monitor toonde eerder aan dat vergelijkbare operaties bestaan in ambassades in Berlijn, Wenen, Brussel, Ottawa en Washington.
Ook in de Europese politiek groeit de bezorgdheid dat Turkije in toenemende mate religieuze instellingen, diaspora-verenigingen en aan de Moslimbroederschap gelieerde netwerken inzet om invloed uit te oefenen op lokale politiek en gemeenschappen.
Foto’s uit 2025 tonen hoe ambassadeur Yazgan intensief samenwerkt met de Nederlandse afdeling van Diyanet en de politieke lobbygroep UID, die bekendstaat als verlengstuk van de regeringspartij AKP.
Schending van verdragen en diplomatieke regels
Het opzetten van een geheime inlichtingeneenheid binnen een ambassade is in strijd met de Weense Conventie voor Diplomatieke Betrekkingen. Die stelt expliciet dat diplomaten geen spionageactiviteiten mogen verrichten in het gastland.
Daarnaast is het verzamelen van persoonsgegevens van Europese burgers en politieke vluchtelingen in strijd met de AVG en met Nederlandse strafwetgeving. De onthullingen roepen dan ook de vraag op hoeveel de Nederlandse autoriteiten weten — en hoe vaak ze Turkse operaties ongemerkt hebben laten gebeuren.
Een groter geheel: transnationale repressie
Sinds de mislukte staatsgreep in 2016 heeft Ankara zijn internationale repressienetwerk uitgebreid. Over de hele wereld zijn kritische Turkse burgers ontvoerd, onder druk gezet of via dubieuze uitleveringsverzoeken vervolgd. Turkije gebruikt daarbij diplomatieke posten, geheime dienst MIT, Diyanet-moskeeën, gelieerde diaspora-organisaties en internationale drukmiddelen zoals handel of wapenleveringen.
De operatie in Den Haag moet in dat licht worden gezien: niet als incident, maar als onderdeel van een gecoördineerd systeem dat dissidenten wereldwijd in kaart brengt en onder druk zet. Eerder dit jaar werd bekend dat Turkije Nederlandse ambtenaren ronselt voor spionageactiviteiten. Ook onthulde een geheim rapport van het Turkse minsterie van Financiën dat de Turkse inlichtingendienst spionage uitvoerde, gericht op Nederlandse hulporganisaties en burgers.




















































