Brussel zet boeren verder in het nauw: vanaf 1 januari fors minder mest toegestaan

Nederlandse boeren mogen vanaf 1 januari fors minder mest uitrijden. Daarmee komt een einde aan een uitzonderingspositie die Nederland jarenlang had binnen de Europese Unie. Die uitzondering gaf boeren ruimte om meer mest te gebruiken dan volgens de Europese regels is toegestaan. Het kabinet probeerde die regeling te verlengen, maar dat verzoek is afgewezen door de Europese Commissie. Vanaf het nieuwe jaar gelden volledig de Europese normen.
Eind 2022 maakte Brussel al duidelijk dat de speciale positie van Nederland zou verdwijnen. Sindsdien is de uitzondering stap voor stap afgebouwd. De afwijzing van een nieuwe uitzondering betekent dat boeren definitief te maken krijgen met strengere mestregels. Dat heeft directe gevolgen voor de landbouwsector.
Veel veehouders verkeren al in geldproblemen. Omdat zij de afgelopen periode minder mest mochten uitrijden, moesten zij mest laten afvoeren door gespecialiseerde bedrijven. Dat brengt hoge kosten met zich mee. Door het definitieve einde van de uitzondering wordt die druk verder vergroot.
Afwijzing uit Brussel en kritiek op waterkwaliteit
Volgens Eurocommissaris Jessika Roswall, verantwoordelijk voor milieu, is de waterkwaliteit in Nederland onvoldoende. Dat was voor de Europese Commissie de reden om geen nieuwe uitzondering toe te staan. Brussel wijst daarbij op de Europese milieuregels waaraan alle lidstaten moeten voldoen, meldt het AD.
Minister Femke Wiersma van Landbouw noemt het besluit ‘zeer teleurstellend’. Volgens haar is er in de meeste regio’s geen probleem met ‘het bovenste grondwater’. Zij stelt dat door het grote aandeel grasland weinig nitraat in het water terechtkomt. Ook waarschuwt zij voor onbedoelde gevolgen. Boeren zouden grasland kunnen verkopen voor woningbouw, wat volgens Wiersma juist slechter is voor de waterkwaliteit.
Voor Wiersma is het besluit opnieuw een tegenvaller. Pogingen van haar en het kabinet om boeren meer ruimte te geven, zijn tot nu toe vastgelopen. Dat geldt niet alleen voor mestregels, maar ook voor plannen rond stikstof, die op de lange baan zijn geschoven.
Bredere gevolgen
Roswall wijst in haar besluit op de Europese Kaderrichtlijn Water. In 2027 moeten alle lidstaten hun oppervlakte-, grond- en kustwater in ‘goede toestand’ hebben gebracht. Uitstel was eerder mogelijk, maar na volgend jaar niet meer.
De gevolgen beperken zich niet tot de landbouw. Ook andere sectoren en de bouw krijgen ermee te maken. Voormalig ASML-topman Peter Wennink waarschuwde in een rapport dat de Kaderrichtlijn Water de potentie heeft een nieuwe stikstofcrisis te worden. Vergunningen dreigen stil te vallen, omdat geen van de 745 meetpunten nu aan de norm voldoet. PFAS en andere stoffen zitten vaak te hoog.
Landbouworganisatie LTO spreekt van ‘juridische onduidelijkheid’. Boeren moeten voldoen aan nieuwe mestregels uit Brussel, terwijl de Tweede Kamer heeft besloten dat een nieuw kabinet pas mag bepalen hoe die regels worden ingevuld. Dat laat boeren voorlopig in onzekerheid.















































