‘We hebben het niet geweten’ wordt ‘we willen het nooit horen’ – mainstream media blijft handen wassen in corona-onschuld

In de informatiemaatschappij van tegenwoordig zijn de media niet alleen meer dan ooit bepalend voor het publieke debat, maar vooral ook voor de uitvoering van politiek beleid. Dat betekent automatisch dat bij politieke fouten en wanbeleid niet alleen bestuurders, maar ook de media verantwoordelijk gehouden moeten worden. Maar net zoals het openbaar bestuur, bedrijft de journalistiek een sterk staaltje struisvogelpolitiek.
Iedereen die nog vertrouwen had in de objectiviteit en de kwaliteit van de reguliere media moet deze maand van zijn geloof afgevallen zijn. Terwijl in de Verenigde Staten daags na de wisseling van de wacht in het Witte Huis de nieuwe press secretary Karoline Leavitt de ene truth bomb na de andere laat ontploffen, in Groot-Brittannië journalist Piers Morgan toegeeft dat hij zich tijdens de coronacrisis schuldig maakte aan het verspreiden van paniekporno en in Duitsland de openbaringen over het coronabeleid van klokkenluider-journalist Aya Velasquez nog nadreunen, doen de Nederlandse media nog altijd alsof de neus bloedt. Wellicht is dat ook een bijwerking van de coronavaccins, maar ziekelijk is het in ieder geval, want op deze manier ijzerenheinig blijven volhouden dat de journalistiek geen aanzienlijk aandeel had in wat onvermijdelijk de geschiedenis in zal gaan als de grootste medische misdaad tegen de menselijkheid sinds de Tweede Wereld Oorlog, grenst aan waanzin waarvoor je wel degelijk platgespoten dient te worden.