Overlast door asieljongeren loopt uit de hand: burgemeesters smeken om hulp

In meerdere Nederlandse steden neemt de overlast door Syrische jongeren en jonge asielzoekers uit veilige landen zichtbaar toe. Vooral in Arnhem, Nijmegen en Utrecht is sprake van een toename in vechtpartijen, diefstallen en ander crimineel gedrag. Burgemeester Ahmed Marcouch van Arnhem luidt de noodklok en vraagt om extra steun van minister Marjolein Faber (Asiel en Migratie), meldt De Gelderlander.
In de afgelopen weken werd Nijmegen opgeschrikt door meerdere gewelddadige incidenten waarbij jongeren van Syrische afkomst betrokken waren. Ook Groningen en Utrecht kennen soortgelijke problemen. In Utrecht is het Stationsplein al langer een brandhaard van zakkenrollen, berovingen en steekpartijen door Syrische jongeren. Vaak zwijgen de jongeren bij aanhouding. Marcouch stelt: “We zien dat meer jongeren problemen veroorzaken.” De burgemeester wil beter in beeld krijgen hoe groot de groep overlastgevers precies is en of ze uit Arnhem zelf komen of zich verplaatsen tussen steden.
Marcouch noemt het gebrek aan perspectief als oorzaak van de toename in problematisch gedrag. Veel Syrische jongeren zijn alleen naar Nederland gekomen, zonder familie of sociaal vangnet. “Dit zijn vaak minderjarigen. Zij zijn hier vaak alleen en niet in hun vertrouwde omgeving,” zegt hij. Daarnaast hebben velen traumatische ervaringen opgedaan in hun land van herkomst of tijdens hun vlucht.
De lange wachttijden bij de IND maken het probleem groter. De procedure kan jaren duren. In die tijd zitten jongeren in onzekerheid over hun status, toekomst en gezinshereniging. Begeleiders kunnen door personeelstekorten vaak weinig voor hen betekenen. Sommige jongeren zagen maandenlang niemand in hun opvanglocatie.
De zorgen beperken zich niet tot Syrische jongeren. Marcouch wijst ook op overlast door jonge asielzoekers uit veilige landen als Marokko en Algerije. Zij maken vrijwel geen kans op asiel en ontwikkelen volgens hem snel een houding van desinteresse en baldadigheid. “Als je niet op een legale manier aan je inkomsten kan komen. Wat doe je dan?” vraagt Marcouch zich af.