Burgemeester Rotterdam grijpt niet in bij Offerfeest: 'Overlast hoort erbij'

In juni klonk in het Rotterdamse Zuiderpark niet alleen het geluid van spelende kinderen of zingende vogels. Het was het Offerfeest, Eid al-Adha, en de viering ging gepaard met veel muziek en luide oproepen. Omwonenden klaagden over de herrie. Maar wie hoopte dat de gemeente zou ingrijpen, komt bedrogen uit.
De Jongere Ouderen Unie (JOU) kaartte de kwestie aan bij burgemeester Carola Schouten, meldt Dagblad 010. Haar antwoord was duidelijk: religieuze samenkomsten in de openbare ruimte vallen onder de Wet openbare manifestaties (Wom) en zijn niet vergunningsplichtig. “De Wet openbare manifestaties is landelijk beleid en dat voer ik uit,” zei Schouten. Volgens haar brengt dit grondrecht met zich mee dat omwonenden “enige overlast of hinder moeten dulden bij de uitoefening hiervan.”
Met andere woorden: ook als buurtbewoners last hebben van het geluid, kan de gemeente niet zomaar optreden.
Beperkingsgronden niet gebruikt
De Wom biedt burgemeesters wel drie gronden om in te grijpen: bescherming van de gezondheid, belang van het verkeer of het voorkomen van wanordelijkheden. Schouten koos ervoor geen van deze mogelijkheden te benutten. “In dit geval was er geen reden dat ik één van mijn beperkingsgronden moest gebruiken,” aldus de burgemeester.
Voor veel omwonenden voelt dat als een vrijbrief voor herhaling. De herrie mag voortaan, zolang het onder de noemer ‘religieuze beleving’ valt.
Signaal naar Den Haag
Schouten verwees raadslid Ellen Verkoelen van JOU naar de landelijke politiek. Wie verandering wil, moet in Den Haag zijn. Daar wordt de Wom vastgesteld en kan alleen de wetgever de spelregels aanpassen.
Wel zegt Schouten te overwegen of er in de toekomst “een bredere bewonerscommunicatie noodzakelijk is.” Daarmee lijkt ze vooral te mikken op betere voorlichting, niet op beperking van de geluidsniveaus.
In maart prees Schouten al de eerste iftar in het Rotterdamse stadhuis. Ze noemde het ‘eigenlijk gek’ dat de gemeente niet eerder een iftar organiseerde. ‘Ik ben dankbaar dat u hier naartoe bent gekomen. Het geeft aan dat u ook behoefte voelt aan ontmoeting, verbinding en bezinning. Dat is ook de kern van de Ramadan.’
Praatmee