Schoof wil Nederlandse soldaten naar Oekraïne sturen: 'Europa moet iets doen'

Premier Dick Schoof zet in op een grotere rol voor Nederland in het conflict in Oekraïne. Op de Veiligheidsconferentie in München sprak hij zich positief uit over de mogelijkheid van Nederlandse deelname aan een Europese vredesmacht in Oekraïne. Eerder al pleitte minister Brekelmans op de NAVO-top voor een drastische opschaling van de wapenproductie. Hiermee lijkt Nederland zich steeds verder te committeren aan militaire steun voor Oekraïne, inclusief de mogelijke inzet van eigen troepen.
Premier Schoof gaf in München aan ‘positief’ tegenover het Amerikaanse voorstel te staan om Europese legers de grens van Oekraïne te laten bewaken. Een idee dat eerder werd besproken door grote Europese landen zoals Duitsland, Frankrijk, Engeland en Polen. “We snappen heel goed dat deze discussie speelt,” zei Schoof. “Europa moet hier iets doen.”
Dat ‘iets’ blijft echter vaag. Schoof benadrukte dat Oekraïne zelf primair verantwoordelijk is voor de verdediging van zijn grondgebied, maar liet de deur open voor Nederlandse betrokkenheid. “Een discussie over Nederlanders in een Europese vredesmacht moet je fatsoenlijk voeren, ook in het parlement,” aldus de premier.
Toch waarschuwde hij ook voor de risico’s. “Je kunt ervan uitgaan dat er incidenten aan de grens plaatsvinden. Zonder goed mandaat heb je een enorm probleem, met name bij geweldsescalatie.” Daarbij wees hij op de noodzaak van een sterke Amerikaanse betrokkenheid: “Als het stevig uit de hand loopt, moet je wel op de Amerikanen kunnen rekenen.”
Brekelmans: ‘Meer wapens produceren om Oekraïne te steunen’
Niet alleen de inzet van troepen, maar ook de militaire steun aan Oekraïne moet volgens de regering worden uitgebreid. Minister van Defensie, Ruben Brekelmans (VVD), verklaarde afgelopen zomer op de NAVO-top in Washington dat de productie van wapens en munitie ‘enorm moet worden opgeschaald’. “Als we willen dat Oekraïne de oorlog wint, moeten we meer leveren,” aldus de minister.
Brekelmans stelde dat de Europese wapenvoorraden dreigen op te raken en dat dit niet langer houdbaar is. “We moeten heel creatieve manieren zoeken om Oekraïne te blijven steunen.” Europese landen, waaronder Frankrijk, Duitsland, Italië en Polen, ondertekenden een intentieverklaring om nieuwe langeafstandsraketten te ontwikkelen. Deze moeten een bereik van 1000 tot 2000 kilometer krijgen en dienen als afschrikmiddel.
De productie en stationering van deze raketten zal miljarden euro’s kosten. Duitsland kondigde al aan buiten de begroting om 100 miljard euro vrij te maken voor de krijgsmacht. Premier Schoof erkende dat ook Nederland zijn defensie-uitgaven moet verhogen, maar waarschuwde dat dit niet zomaar met leningen kan worden gefinancierd. “Politiek is keuzes maken,” zei hij. “Maar zodra je die deur opendoet, moet je die heel goed kunnen begrenzen.”
Nederland op ramkoers?
De uitspraken van Schoof en Brekelmans markeren een duidelijke verschuiving in de Nederlandse houding ten opzichte van de oorlog in Oekraïne. Waar het conflict in eerste instantie vooral via economische sancties en wapenleveranties werd gesteund, lijkt er nu een toenemende bereidheid te zijn om de Nederlandse militaire betrokkenheid verder op te schalen.
Toch roept dit scenario grote vragen op. Wat betekent het concreet als Europese troepen ‘de grens bewaken’ in Oekraïne? Gaat het om een waarnemende vredesmacht of actieve militaire inzet? Hoe zal Rusland reageren als Europese soldaten - mogelijk ook Nederlanders - daadwerkelijk worden gestationeerd in het oorlogsgebied?
Daarnaast is er het vraagstuk van de Amerikaanse steun. De regering-Schoof lijkt sterk afhankelijk te zijn van een Amerikaanse ‘back-up’, maar die is allerminst gegarandeerd. President Donald Trump heeft herhaaldelijk laten doorschemeren dat hij minder geneigd is Oekraïne onvoorwaardelijk te steunen.
Bovendien is er de vraag of Nederland daadwerkelijk in staat is om de defensie-uitgaven op het gewenste niveau te brengen. De Nederlandse krijgsmacht heeft te maken met structurele tekorten aan materieel en personeel. Het kabinet wil vasthouden aan de Maastricht-regels van de EU, wat betekent dat extra defensie-uitgaven binnen strikte begrotingsnormen moeten passen. De vraag is of dat voldoende ruimte biedt voor de gewenste opschaling.
Toenemende spanning binnen coalitie
Schoofs en Brekelmans’ pleidooi voor een actievere rol in Oekraïne kan binnen de coalitie en de Tweede Kamer op felle discussies rekenen. Partijen als NSC en BBB hebben zich terughoudender opgesteld over verdere militaire inzet in Oekraïne. Ook oppositiepartijen zullen naar verwachting kritisch reageren.
JA21-leider Joost Eerdmans sprak zich eerder al fel uit tegen de oplopende kosten voor militaire betrokkenheid. “Nederland moet niet het voortouw nemen in een conflict waarin we steeds dieper worden gezogen. De belastingbetaler draait op voor een oorlog zonder einddatum.” PVV-leider Geert Wilders sloot zich recent aan bij de ‘Europese Patriotten’-beweging van de Hongaarse premier Orbán, die juist pleit voor diplomatieke oplossingen in plaats van verdere escalatie.