Yesilgöz in verweer tegen hoofddoek bij boa's in gemeenten
Demissionair Dilan Yesilgöz vindt het 'spijtig' dat sommige gemeenten wel de hoofddoek gaan toestaan bij boa's. Dit laat zij weten aan de Tweede Kamer. Volgens haar komt het goed functioneren van de strafrechtelijke handhaving hiermee in gevaar. Daarom wil ze dat alle handhavers een neutrale uitstraling houden.
Vorig jaar stemde de Tweede Kamer in met een hoofddoekverbod bij handhavers. Dit had de expliciete steun van Justitieminister Yesilgöz, die het besluit doorvoerde. Destijds zei ze dat ze "strikte naleving van deze richtlijn noodzakelijk acht".
Maar vorige maand kwam de gemeente Arnhem in verzet, door de hoofddoek bij boa's wel te gaan gedogen. Hiermee voerde burgemeester Ahmed Marcouch een aangenomen motie van de gemeenteraad uit.
Al snel volgden ook Tilburg en Den Haag. "Inclusiviteit is een bindend principe dat weerspiegeld moet worden in al onze besluiten. Daarbij verdedigen we onze rechtsstaat altijd, waaronder de mensenrechten voor een ieder", lichtte de Haagse GL-fractie toe.
In gesprek met gemeenten
Maar minister Yesilgöz is niet blij met deze besluiten, meldt Omroep Gelderland. Volgens haar komt het goed functioneren van de handhaving in gevaar, vertelt ze in beantwoording van Kamervragen. De minister verwijst ze naar een uitspraak van het Europees Hof van Justitie, dat recent oordeelde dat werkgevers hun personeel mogen verbieden om zichtbaar religieuze of politieke symbolen te dragen.
"Een dergelijk verbod kan gerechtvaardigd zijn als een werkgever daarmee een neutraal imago nastreeft", benadrukt ze. De minister vindt het spijtig dat er nu onderscheid wordt gemaakt tussen politie en boa's.
Daarom gaat ze de kwestie aankaarten met de Vereniging voor Nederlandse Gemeenten (VNG). Ze belooft de Kamer voor 1 maart te informeren over de uitkomsten van haar gesprek met VNG.