Nieuwe EU-Commissie Von der Leyen krijgt historisch laag vertrouwen
Met slechts 54 procent van de stemmen heeft Ursula von der Leyen op woensdag 27 november 2024 net genoeg steun gekregen van het Europees Parlement (EP) voor haar tweede kabinet. Hoewel het nieuwe College van Commissarissen op 1 december wordt beëdigd, weerspiegelt de krappe stemming de groeiende verdeeldheid binnen de Europese Unie.
De uitslag van de stemming in het EP toont een diep verdeeld parlement. Van de 698 uitgebrachte stemmen waren er 380 vóór, 282 tegen en 36 onthoudingen. Met 54 procent van de stemmen is dit de laagste steun ooit voor een EU-Commissie sinds het parlement in 1993 het recht kreeg om de leden van de Europese Commissie goed te keuren.
Ter vergelijking: de eerste Commissie van von der Leyen in 2019 kreeg nog 65 procent van de stemmen, en zelfs Jean-Claude Junckers omstreden kabinet in 2014 haalde 61 procent.
Verdeeldheid binnen coalities
De steun voor von der Leyens nieuwe kabinet kwam voornamelijk uit de zogenaamde “Ursula-coalitie”: de christendemocratische Europese Volkspartij (EPP), de socialistische S&D, de liberale Renew en de Groenen. Toch stemden niet alle leden van deze fracties mee. Zo verwierp de Spaanse Volkspartij (PP), onderdeel van de EPP, de Commissie vanwege de benoeming van de socialistische Teresa Ribera. Ribera wordt beschuldigd van slecht crisismanagement tijdens de overstromingen in Valencia, waarbij meer dan 220 mensen omkwamen.
Ook de Sloveense EPP-delegatie stemde tegen, als protest tegen Marta Kos, een kandidaat met een verleden als informant voor de Joegoslavische geheime dienst. Bij de socialisten kwam tegenstand uit Frankrijk, waar leden bezwaar maakten tegen de benoeming van de conservatieve Italiaan Raffaele Fitto tot uitvoerend vicepresident.
Conservatieve oppositie
De grootste tegenstand kwam van conservatieve fracties zoals de Patriots for Europe (PfE), European Conservatives and Reformists (ECR) en Europe of Sovereign Nations (ESN). Deze fracties stemden unaniem tegen de Commissie.
Kinga Gál, vicevoorzitter van de Patriots, sprak haar teleurstelling uit: “De meerderheid van Europa stemde voor verandering, maar deze Commissie vertegenwoordigt allesbehalve verandering. Europa verdient beter.” Zelfs de Hongaarse regeringspartij Fidesz, onderdeel van de Patriots, stemde tegen ondanks de benoeming van hun eigen kandidaat Olivér Várhelyi.
Politieke deals en benoemingen
De samenstelling van de Commissie was het resultaat van wekenlange onderhandelingen. Von der Leyen slaagde erin de coalitie bijeen te houden door politieke deals te sluiten over de zes vicepresidenten.
De benoemingen omvatten onder meer Kaja Kallas (Renew) als EU-buitenlandchef en vijf uitvoerend vicepresidenten:
- Raffaele Fitto (ECR, Italië)
- Teresa Ribera (S&D, Spanje)
- Roxana Mînzatu (S&D, Roemenië)
- Stéphane Séjourné (Renew, Frankrijk)
- Henna Virkkunen (EPP, Finland)
De rol van Ribera, verantwoordelijk voor klimaat en concurrentie, wordt gezien als de op één na machtigste positie binnen de Commissie na von der Leyen. Haar benoeming leidde echter tot veel kritiek, vooral bij de Groenen en delen van de EPP.
Transparantie en protest
De conservatieve fracties vroegen voor de stemming om meer transparantie in het benoemingsproces van de Commissie. Een resolutie die opriep tot openbaarmaking van evaluatieverslagen en hervorming van de benoemingsprocedure werd echter verworpen met 507 stemmen tegen en slechts 154 stemmen voor.
Met een verdeeld parlement en een recordlaag vertrouwen staat von der Leyen voor een uitdaging. De krappe steun toont aan dat de politieke spanningen in Brussel hoog oplopen. Haar eventuele vermogen om compromissen te sluiten en consensus te bereiken, zal bepalend zijn voor de effectiviteit van haar tweede termijn.