AP genegeerd: bagatelliseert kabinet zorgen over burgerdata?

Ondanks duidelijke waarschuwingen van de Autoriteit Persoonsgegevens (AP) zet het kabinet zijn plannen door om een digitaal reisdocument op de smartphone mogelijk te maken. Volgens staatssecretaris Szabo voor Digitalisering is de eerdere pilot op Schiphol "veelbelovend". Daarom wil het kabinet een nieuwe proef uitvoeren. Wanneer deze vervolgpilot plaatsvindt, is nog niet bekendgemaakt.
Het Digital Travel Credential (DTC) werd vorig jaar getest op Schiphol. Reizigers konden via een app de chip van hun paspoort uitlezen, een selfie maken, en deze gegevens samen uploaden. De grensautoriteiten konden zo op basis van de digitale gegevens de identiteit verifiëren.
De Europese Commissie had aangedrongen op de pilot, maar de Nederlandse privacywaakhond heeft flinke bedenkingen bij de proef. In een brief aan Brussel schrijft de AP dat de test niet representatief was, het nut van digitale documenten niet is aangetoond en dat fundamentele rechten mogelijk worden aangetast. De zorgen van de AP werden echter niet opgenomen in het fiche dat de Kamer ontving over het Europees voorstel.
"Het is onduidelijk of digitale reisdocumenten werkelijk een meerwaarde hebben boven de huidige processen," stelt de AP. "Bovendien gaat het om de verwerking van bijzondere persoonsgegevens, wat ingrijpt op het fundamentele recht op privacy."
Verschillende Kamerfracties eisen opheldering over het negeren van deze kritiek. Staatssecretaris Szabo verdedigt de aanpak en stelt dat het kabinet de proportionaliteit van de gegevensverwerking voldoende acht. Hij blijft positief over de mogelijkheden van het DTC. "De voordelen voor reizigers en grensautoriteiten zijn aanzienlijk," aldus de bewindsman.
De AP is daar niet van overtuigd. De instantie waarschuwt dat noodzakelijkheid en proportionaliteit onvoldoende onderbouwd zijn. Juist bij technologische innovaties die raken aan biometrische gegevens, is uiterste zorgvuldigheid vereist.