Voorjaarsnota: gezinnen gaan miljarden meer betalen

De Voorjaarsnota van het kabinet blijkt een flinke financiële tegenvaller voor Nederlandse gezinnen. Uit de analyse van het Centraal Planbureau (CPB) blijkt dat huishoudens de komende jaren miljarden extra moeten betalen. Ondertussen lopen de overheidsuitgaven fors op, veel meer dan Brussel toestaat.
Tekort groeit sneller dan verwacht
Het begrotingstekort valt veel hoger uit dan eerder geraamd. Door de plannen van de coalitiepartijen stijgt het tekort dit jaar met 0,5 procentpunt. De komende jaren blijft dat niveau aanhouden, met telkens een verslechtering van 0,4 tot 0,5 procentpunt.
De overheidsuitgaven lopen tussen 2023 en 2028 op met 28 procent. Dit is fors meer dan de Europees toegestane 21 procent. Doordat het tekort echter op een andere manier wordt berekend door de Europese Commissie valt het toch nog net binnen de Europese regels. De staatsschuld stijgt verder van 43,4 procent in 2024 naar 50,2 procent in 2029 van het bruto nationaal product (bnp). Hoogleraar Frank Hartmann noemt tegenover BNR de voorjaarsnota daarmee ‘knap gepuzzel met de beschikbare middelen om binnen de grenzen te blijven’.
Uitgaven ver boven EU-norm
2025 springt eruit als piekjaar: de uitgaven nemen dan met 8,9 procent toe. Volgens de Europese norm is slechts een stijging van 3,5 procent toegestaan. Het CPB waarschuwt dat deze overschrijding niet zonder risico is. In 2026 neemt de stijging weer af naar 3,5 procent.
Gezinnen betalen de rekening
Vooral huishoudens krijgen de klappen. Dit jaar valt het nog mee: zij betalen 200 miljoen euro extra, terwijl bedrijven 500 miljoen bijdragen. Maar vanaf 2026 verandert dat beeld volledig. In dat jaar stijgen de lasten voor gezinnen met 3,8 miljard euro. In 2026 komt daar nog eens 4,3 miljard euro bij. In 2028 is dat nog altijd 1,8 miljard euro.
Het CPB laat weten dat de lastenstijging in 2026 iets wordt verzacht door lagere energiebelasting en een verlaging van de zorgpremies. Toch merkt het CPB op: ‘Beide worden in latere jaren tenietgedaan.’
Bedrijven komen er beter vanaf
De lasten voor het bedrijfsleven stijgen veel minder snel. In 2025 betalen bedrijven 900 miljoen euro extra. In 2026 is dat 700 miljoen en in 2028 opnieuw 900 miljoen. Over de impact op koopkracht zijn nog geen cijfers bekend.
Wat wel duidelijk is: de financiële lasten van de politieke keuzes komen vooral op het bord van werkende gezinnen terecht. Dit staat haaks op hoe de coalitiepartijen de voorjaarsnota eerder presenteerden. De coalitiepartijen hebben nog niet gereageerd op de analyse van het CPB.