Normaal gesproken neemt de asielinstroom af in de koudere maanden, maar daarvan is dit jaar niets te merken. Vorige week kwamen er 1.200 nieuwkomers binnen in Nederland. De week ervoor ging het tevens om 1.200 asielzoekers. Al maandenlang zit de wekelijkse asielinstroom boven de duizend. 

Tot dusver kwamen er bijna 50.000 asielzoekers naar Nederland, aldus CBS-cijfers. Dit is duidelijk meer dan vorig jaar, toen er zo'n 46.460 nieuwkomers werden genoteerd. Op deze manier wordt 2023 het drukste jaar sinds 2015, toen er een grote migratiegolf kwam vanwege het uitbreken van de burgeroorlog in Syrië.

Veruit de meeste asielzoekers komen uit Syrië, meldt De Telegraaf. Ruim een derde (39 procent) van de asielzoekers heeft de Syrische nationaliteit. Daarna volgen Turkije, Jemen, Eritrea, Somalië en Algerije. 

Explosieve groei 'minderjarige' asielzoekers
Vooral het aandeel minderjarige asielzoekers neemt toe. Het gaat om een ruime verdubbeling in amper twee jaar tijd. Volgens het IND komen ze vooral naar Nederland vanwege de gunstige asielvoorzieningen en de nareisregeling.

Het is onduidelijk of de asielzoekers inderdaad allemaal minderjarig zijn. Uit lokaal Frans onderzoek blijkt namelijk dat 80 procent van de minderjarige asielzoekers liegt over hun leeftijd. In botonderzoek kwam naar voren dat de 'minderjarige' asielzoekers eigenlijk volwassen botten hebben.

Veel Oekraïense vluchtelingen
Het aantal Oekraïense vluchtelingen is niet meegenomen in het huidige asielaantal. Dit komt doordat deze Oost-Europeanen geen asiel hoeven aan te vragen, dankzij een speciale regeling. Eind mei ving Nederland 94.415 Oekraïners op, blijkt uit een rapport van Vluchtelingenwerk.

Eenderde van de Oekraïense mannelijke vluchtelingen is echter dienstplichtig. Ook blijkt uit een navraag van NOS dat eenderde van alle Oekraïners in Nederland wil blijven na de oorlog.

Daarnaast gaan steeds meer Oekraïense vluchtelingen in Nederland op vakantie naar hun thuisland. De precieze cijfers hierover ontbreken, maar volgens betrokkenen gaat het lang niet meer om uitzonderlijke gevallen. 

Vier op de vijf Oekraïners in Duitsland is momenteel werkloos, blijkt uit een onderzoek van de Friedrich Ebert-stichting. Dit vormt een groot contrast met omringende landen, waar Oekraïense vluchtelingen wél veel meer werken. Het onderzoek verklaart dit verschil doordat de Oekraïners in de andere landen veel minder financiële ondersteuning krijgen vanuit de overheid. Het is onduidelijk wat de cijfers hiervoor in Nederland zijn.