Boeren moeten waterputten dichten, maar goede alternatieven ontbreken
Boeren in het zuiden van Flevoland maken zich grote zorgen nu ze vanaf januari hun waterputten niet meer mogen gebruiken. Deze putten zijn essentieel voor hun dagelijkse werkzaamheden, zoals het beregenen van gewassen en het voorzien van drinkwater voor hun vee. Ondanks dat de sluiting van de putten al tien jaar geleden werd aangekondigd, lijkt er nog steeds geen werkbaar alternatief te zijn.
De waterputten in Zuid-Flevoland, zoals die op het land van boer Cor van Schie in Zeewolde schrijft omroep Flevoland, zijn diep in de grond geboord en halen water uit een enorme watervoorraad. Dit water wordt dagelijks gebruikt voor verschillende landbouwactiviteiten. Van Schie verbruikt bijvoorbeeld ongeveer 10.000 liter water per dag voor zijn koeien en het koelen van melk. Zonder de putten zou hij met grote problemen komen te zitten, vooral omdat oppervlaktewater uit sloten niet altijd van de juiste kwaliteit is en mogelijk niet voldoende beschikbaar is.
De beslissing om de waterputten te sluiten is genomen vanwege de zorgen over mogelijke vervuiling van de watervoorraad, die ook door waterbedrijf Vitens wordt gebruikt voor drinkwater. Er bestaat angst dat de vele waterbronnen bij boeren deze watervoorraad zouden kunnen verontreinigen. Deze zorgen hebben geleid tot de beslissing om het gebruik van de putten te verbieden.
De Land- en Tuinbouw Organisatie (LTO), die de belangen van de boeren behartigt, staat achter de zorgen van de boeren. Volgens Ton Kempenaar van de LTO zijn de waterputten niet alleen cruciaal voor drinkwater voor vee, maar ook voor het beregenen van gewassen, vooral in droge periodes. "Oppervlaktewater is voor sommige gewassen zelfs niet goed genoeg," stelt Kempenaar. Hij betwijfelt ook de reële dreiging van vervuiling, aangezien de putten al jaren zonder problemen in gebruik zijn. "De druk van het water zorgt ervoor dat viezigheid wordt weggeduwd, waardoor vervuiling niet echt mogelijk is," voegt hij toe.