Europees Hof: Nederland schond regels met verlenging asieltermijn – duizenden zaken mogelijk ongeldig

Nederland had de wettelijke termijn voor het afhandelen van asielaanvragen in 2022 niet mogen verlengen. Dat heeft het Europese Hof van Justitie geoordeeld. De uitspraak kan grote gevolgen hebben voor duizenden asielzaken die nog steeds in behandeling zijn bij de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND).
De kern van het oordeel: Nederland mocht de beslistermijn van zes maanden niet zomaar oprekken naar vijftien maanden. Het Europese Hof maakt duidelijk dat zo’n verlenging alleen is toegestaan als er sprake is van een “plotselinge en substantiële toename” van asielaanvragen. Maar daar was in 2022 volgens het hof geen sprake van.
Het vorige kabinet voerde de verlenging in vanwege personeelstekorten en grote achterstanden bij de IND. Die achterstanden liepen op tot tienduizenden dossiers. Maar zulke redenen zijn volgens het Hof geen geldig excuus om de Europese Asielprocedure-richtlijn naast zich neer te leggen.
De zaak kwam aan het rollen toen een Turkse asielzoeker, wiens procedure met negen maanden werd verlengd, dit juridisch aanvocht. De rechtbank in Amsterdam gaf hem al gelijk. De Raad van State vroeg daarop aan het Europese Hof om een bindende uitleg. Die ligt er nu – en die is niet mals.
Volgens advocaat Marq Wijngaarden, die de Turkse man bijstaat, kan deze uitspraak gevolgen hebben voor tienduizenden vergelijkbare zaken. In maart 2024 had de IND in maar liefst 35.730 gevallen de wettelijke termijn van zes maanden overschreden.
In al deze dossiers kan nu mogelijk een dwangsom worden opgelegd. Die bedraagt honderd euro per dag per zaak, wat kan oplopen tot tientallen miljoenen euro’s aan schade voor de overheid. VluchtelingenWerk spreekt tegenover ANP van een “belangrijke uitspraak” voor mensen die al jarenlang in onzekerheid verkeren. Maar vanuit politiek en maatschappelijk perspectief wordt er met argusogen gekeken naar de financiële en juridische gevolgen van het falende asielbeleid.